ACEPURIN, poeder voor infusievloeistof 1g/100 ml.

Informatie voor de patiënt
Wij raden u aan deze bijsluiter goed te lezen, ook als u ACEPURIN al eerder heeft gebruikt. Het is namelijk mogelijk dat de informatie inmiddels is gewijzigd.

SAMENSTELLING
De werkzame stof is allopurinol. Een 100 ml injectieflacon bevat 1,17 gram allopurinolnatrium overeenkomend met 1 gram allopurinol.
Overige bestanddelen: natriumchloride.

VERPAKKINGEN
ACEPURIN: 1 injecfieflacon à 1 gram/100 ml.


EIGENSCHAPPEN
ACEPURIN is een xanthine-oxidase remmer. Door de remming van xanthine-oxidase wordt de vorming van urinezuur geremd.


REGISTRATIEHOUDER
ACE Pharmaceuticals BV.
Schepenveld 41
3891 ZK Zeewolde
ace@ace-pharm.nl


ACEPURIN is in het register ingeschreven onder: RVG 09974, poeder voor infusievloeistof 1g/100 ml.


TOEPASSING
ACEPURIN remt de vorming van urinezuur. ACEPURIN wordt gebruikt bij aandoeningen die gepaard gaan met een verhoogd urinezuurgehalte in het bloed of de urine, zoals jicht en bepaalde nierstenen.
ACEPURIN wordt ook gebruikt ter voorkoming van een jichtaanval bij bepaalde kankertherapie.


NIET GEBRUIKEN

Bij overgevoeligheid voor allopurinol.


GEBRUIK TIJDENS DE ZWANGERSCHAP EN BORSTVOEDING
Men dient ACEPURIN tijdens de zwangerschap niet te gebruiken, anders dan na overleg met uw arts. Indien het middel regelmatig wordt gebruikt, dient u bij een mogelijke zwangerschap contact op te nemen met de arts. ACEPURIN gaat over in de moedermelk. Tijdens de periode van de borstvoeding dient ACEPURIN daarom alleen na overleg met de arts te worden gebruikt.


INVLOED OP DE RIJVAARDIGHEID EN DE BEKWAAMHEID OM MACHINES TE GEBRUIKEN
Hoewel er geen meldingen bekend zijn over enige beïnvloeding van de rijvaardigheid of de bekwaamheid om machines te gebruiken bij patiënten die ACEPURIN gebruiken,
dient men bij deze bezigheden rekening te houden met de mogelijkheid van duizeligheid, slaperigheid en minder goed zien. Deze bijwerkingen zijn zeer zelden gemeld, maar een duidelijk verband met het gebruik van ACEPURIN is niet vastgesteld.


WISSELWERKING MET ANDERE (GENEES)MIDDELEN
Een wisselwerking wil zeggen dat (genees)middelen bij gelijktijdig gebruik elkaars werking en/of bijwerking kunnen beïnvloeden. Een wisselwerking kan optreden bij gelijktijdig gebruik van ACEPURIN met:
- 6-mercaptopurine (middel toegepast bij kanker)
- azathioprine (middel toegepast bij reuma)
- probenecide (middel toegepast bij jicht)
- salicylaten (pijnstillers)
- chloorpropamide (middel toegepast bij suikerziekte)
- ampicilline (antibioticum)
- theofylline (middel toegepast bij aandoeningen van de luchtwegen)
- middelen die de urine zuur maken (ammoniumchloride, ascorbinezuur (vitamine C))
- plastabletten
- alcohol.
Wanneer u zulke (genees)middelen gebruikt, moet u hiermee rekening houden en advies vragen aan uw arts of apotheker.


WAARSCHUWINGEN EN VOORZORGSMAATREGELEN
Wanneer huiduitslag of een ander teken van overgevoeligheid optreedt, dient het gebruik van ACEPURIN onmiddellijk te worden gestaakt. Bij patiënten met een ernstige stoornis in de werking van de lever of de nieren zal de arts veelal kiezen voor een lagere dosering dan gebruikelijk. De reden hiervan is dat de uitscheiding van dit geneesmiddel uit het lichaam in dergelijke gevallen is vertraagd.
In het begin van de behandeling kunnen er jichtaanvallen optreden. Ter onderdrukking van deze aanvallen kan de behandelend arts naast ACEPURIN een ander geneesmiddel voorschrijven dat de jichtaanval verminderd.
Het is van belang bij het gebruik van ACEPURIN steeds voor een voldoende vochtinname te zorgen, omdat een maximale urineproductie de werking bevordert.

DOSERING
De dosering van ACEPURIN wordt door de behandelend arts individueel vastgesteld. Gebruikelijke doseringen voor volwassenen zijn 100-800 mg per dag, bij kinderen beneden de 15 jaar 10-20 mg/kg lichaamsgewicht.
Ter voorkoming van een jichtaanval bij bepaalde kankertherapie:
600 mg per dag, te beginnen 3 dagen voor het begin van de kankertherapie.
Doses tot 300 mg kunnen eenmaal per dag worden gegeven. Een hogere dagdosering dient over meerdere doseringen te worden verdeeld.


BIJWERKINGEN
Bijwerkingen, veroorzaakt door ACEPURIN, zijn gewoonlijk zeldzaam en meestal van lichte aard. De kans op bijwerkingen neemt toe bij nier-en leverziekten. Maagdarmstoornissen, zoals misselijkheid en braken kunnen optreden. Deze bijwerkingen kunnen veelal worden vermeden door de injectie na de maaltijd toe te dienen.
Huidverschijnselen, zoals jeuk, huiduitslag of schilfering kunnen voorkomen. In geval van huidverschijnselen dient het gebruik onmiddellijk gestaakt te worden. Na verdwijning van de huidverschijnselen zou men de behandeling kunnen hervatten met een lagere dosering. Echter, zodra zich bij het hervatten weer huidverschijnselen voordoen, moet het gebruik van ACEPURIN definitief gestaakt worden.

Indien u een bijwerking als ernstig ervaart, of als u last krijgt van een bijwerking die niet in de bijsluiter staat vermeld, neem dan contact op met uw arts.


BEWARING EN HOUDBAARHEID
Bij kamertemperatuur (15-25°C) bewaard op een donkere en droge plaats in de originele verpakking is ACEPURIN poeder voor infusie houdbaar tot de op de verpakking aangegeven datum. Deze datum (maand jaar) staat vermeld achter de aanduiding “Niet te gebruiken na” of “Exp”.


VOOR ALLE GENEESMIDDELEN GELDT
- Volg de aanwijzingen van de arts nauwkeurig op.
- Bij onduidelijkheden kunt u zich wenden tot uw arts of apotheker.
- Gebruik geen geneesmiddelen die voor een ander zijn bestemd.
- Bepaalde combinaties van geneesmiddelen kunnen schadelijk zijn. Zorg ervoor dat uw arts op de hoogte is van de andere geneesmiddelen die u gebruikt.
- Houd geneesmiddelen buiten het bereik van kinderen.
- Oude en overbodige geneesmiddelen kunt u bij de apotheek ter vernietiging afgeven.
- Indien geneesmiddelen in strips verpakt zijn, betekent de aanduiding „Exp” op de strip: “Niet te gebruiken na”.

Datum laatste wijziging: juni 2008