BIJSLUITER

Lees de hele bijsluiter aandachtig door alvorens dit geneesmiddel te gebruiken.
- Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem nog een keer nodig.
- Raadpleeg uw arts of apotheker, als u aanvullende vragen heeft.
- Dit geneesmiddel is alleen aan u voorgeschreven. Geef het dus niet door aan iemand anders.

In deze bijsluiter:

1. Wat is EVRA en waarvoor wordt het gebruikt?
2. Wat u moet weten voordat u EVRA gebruikt
3. Hoe wordt EVRA gebruikt
4. Mogelijke bijwerkingen
5. Hoe bewaart u EVRA
6. Aanvullende informatie

EVRA Pleister voor transdermaal gebruik

- De werkzame stoffen zijn norelgestromin 6 mg en ethinylestradiol 600 microgram.

De werkzame stoffen worden gedurende 7 dagen afgegeven waarbij elke 24 uur 150 microgram norelgestromin en 20 microgram ethinylestradiol wordt afgegeven.
- De overige bestanddelen zijn polyisobutyleen, polybuteen, crospovidon, niet-geweven polyester stof en lauryllactaat.

Houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
Janssen-Cilag International NV,
Turnhoutseweg 30,
B-2340 Beerse, België.

Fabrikant:
Janssen Pharmaceutica N.V.,
Turnhoutseweg 30,
Beerse B-2340, België.

1. WAT IS EVRA EN WAARVOOR WORDT HET GEBRUIKT

EVRA is een dunne, beige, kunststof pleister voor transdermaal gebruik.

Na verwijdering van de doorzichtige, beschermende kunststoflaag moet de kleverige kant op de huid worden aangebracht. Het kleverige deel van de pleister voor transdermaal gebruik bevat de werkzame stoffen, die continu via de huid in de bloedstroom worden gebracht.

EVRA is verkrijgbaar in dozen met 3, 9 of 18 pleisters. Elke pleister zit in een afzonderlijk met folie bekleed zakje. Deze zakjes zijn per drie in een doorzichtige, geperforeerde plastic film gewikkeld.

EVRA wordt gebruikt voor anticonceptie bij vrouwen.

2. WAT U MOET WETEN VOORDAT U EVRA GEBRUIKT

In de volgende rubriek wordt u verteld wanneer u dient te stoppen met het gebruik van EVRA of wanneer EVRA mogelijk minder betrouwbaar wordt in het beschermen tegen mogelijke zwangerschap. Wanneer dit gebeurt dient u geen gemeenschap te hebben of dient u of uw partner niet-hormonale anticonceptiva te gebruiken (zoals condooms of zaaddodende pasta) om te voorkomen dat
u zwanger raakt. Pas geen periodieke onthouding of temperatuurmethoden toe, aangezien anticonceptiepillen en pleisters (b.v. EVRA of de pil) deze methoden onbetrouwbaar kunnen maken. U dient niet-hormonale anticonceptiva als reserve te gebruiken voor het geval er problemen of vergissingen zijn bij het gebruik van de pleister.

Biedt EVRA bescherming tegen seksueel overdraagbare ziekten?

EVRA biedt geen bescherming tegen HIV infectie (AIDS) of andere seksueel overdraagbare ziekten (bijv. chlamydia, herpes genitalis, genitale wratten, gonorroe, hepatitis B en syfilis). Om uzelf te beschermen tegen deze ziekten hebt u condooms nodig.

Wie moet EVRA gebruiken?

EVRA is bedoeld voor vrouwen in de vruchtbare leeftijd en heeft bewezen te werken bij vrouwen van 18 tot 45 jaar.

Het is mogelijk dat EVRA niet zo goed werkt bij vrouwen die 90 kg of meer wegen.
Gebruik EVRA niet:

EVRA dient niet te worden gebruikt wanneer u lijdt aan of ooit hebt geleden aan een van de hieronder vermelde aandoeningen. Wanneer zich één van deze aandoeningen voordoet dient u te stoppen met EVRA

*Trombose (bloedstolsels) ook al is dit lang geleden. Trombose kan zich voordoen in de longen (longembolie), ogen, hersenen (beroerte), hart (hartaanval) of in de diepe aderen van uw benen (diep veneuze trombose of DVT) (zie rubriek: “Trombose (Bloedstolsels) en gecombineerde hormonale anticonceptiva”).
*Omstandigheden die de kans op trombose (bloedstolsels) verhogen zoals:
*hoge bloeddruk (160/100 mmHg of hoger),
*diabetes in combinatie met hartproblemen of problemen met de bloedsomloop,
*bepaalde genetische problemen (zie rubriek: “Trombose (Bloedstolsels) en
gecombineerde hormonale anticonceptiva”).
*Andere soorten hartziekte zoals hartkramp (pijn op de borst).
*Tumoren in de borst, baarmoederhals, baarmoeder, vagina of lever (zie rubriek: “Tumoren en gecombineerde hormonale anticonceptiva”).
*Ernstige leverziekte of abnormale leverfunctie.
EVRA dient evenmin te worden gebruikt wanneer u lijdt aan een van de hieronder vermelde aandoeningen. Wanneer een van deze aandoeningen zich voordoet dient u te stoppen met het gebruik van EVRA
*Migraine
*Onverklaarbare vaginale bloeding
*Een allergie voor een van de bestanddelen in EVRA

Wees voorzichtig met EVRA:
Er is geen bewijs dat aangeeft dat EVRA in enig opzicht veiliger is dan de anticonceptiepil.
Alvorens EVRA te gaan gebruiken dient u naar uw arts te gaan voor een medisch onderzoek. Het is belangrijk dat u uw arts informeert wanneer u lijdt aan of in het verleden hebt geleden aan een van de hieronder vermelde aandoeningen. Wanneer dat het geval is moet u mogelijk vaker gecontroleerd
worden. U dient ook naar uw arts te gaan wanneer een van deze aandoeningen verergert of zich voor het eerst voordoet terwijl u EVRA gebruikt:
*Hartziekte (pijn op de borst of bepaalde soorten afwijkende hartslag of abnormale hartziekte)
*Veel vet (triglyceriden) in uw bloed of een familiegeschiedenis hiervan
*Hoge bloeddruk, vooral wanneer het verergert of niet verbetert wanneer u geneesmiddelen gebruikt voor de bloeddruk
*Bepaalde soorten migraine
*Diabetes of het beginstadium van diabetes
*Neerslachtigheid in het heden of verleden. De kans bestaat dat dergelijke klachten verergeren of terugkomen bij het gebruik van hormonale anticonceptiva
*Epilepsie
*Darmziekte met ontstekingsverschijnselen (de ziekte van Crohn of ulceratieve colitis)
*Bepaalde soorten geelzucht (geel worden van de huid en het oogwit)
*Onverklaarbare jeuk, vooral wanneer dit voorkwam tijdens een eerdere zwangerschap
*Permanent vlekkerige bruine huid in het gezicht, vooral wanneer u dit hebt gehad tijdens een eerdere zwangerschap. Wanneer dit gebeurt dient u zonlicht en UV-straling (bijv. zonnebanken) te vermijden.
Andere aandoeningen die zijn gemeld, hoewel niet is bewezen dat ze verergeren tijdens het gebruik van anticonceptiepillen, zijn galstenen, lupus, hemolytisch-uremisch syndroom, Sydenham-chorea, een gehoorprobleem dat otosclerose wordt genoemd en een huidaandoening die bekend staat als herpes gestationis.
Neem ook contact op met uw arts indien:

*U denkt dat u zwanger bent bijv. als u twee keer achter elkaar niet ongesteld wordt.

Mogelijk ernstige aandoeningen:

De onderstaande informatie berust op gegevens over de anticonceptiepil (orale anticonceptie). Omdat EVRA-pleisters voor transdermaal gebruik hormonen bevatten die overeenkomen met de hormonen in anticonceptiepillen, wordt verwacht dat zij dezelfde risico’s met zich meebrengen. Alle gecombineerde hormonale anticonceptiva brengen risico’s met zich mee die zouden kunnen leiden tot
invaliditeit of overlijden; dit risico is echter lager dan het risico op invaliditeit of overlijden dat bestaat als u zwanger bent.

*Trombose (Bloedstolsels)

Het gebruik van anticonceptiepillen kan de kans op het krijgen van trombose (bloedstolsels) verhogen.
Het risico is het hoogst in het eerste jaar dat een vrouw een type anticonceptiepil voor het eerst gaat gebruiken. De kans dat u bloedstolsels ontwikkelt is echter groter als u zwanger raakt dan wanneer u
anticonceptiepillen gebruikt.. Hoe EVRA het risico van het krijgen van een trombose in vergelijking met anticonceptiepillen beïnvloedt is nog niet bekend.
Bloedstolsels kunnen belangrijke bloedvaten blokkeren en kunnen zeer zelden leiden tot permanente invaliditeit of overlijden. Wanneer het bloedstolsel zich in de diepe aderen van het been vormt, kan het losraken en aderen in de long blokkeren (longembolie). In zeer zeldzame gevallen kunnen zich ook
bloedstolsels voordoen in de bloedvaten van het hart (hartaanval) of hersenen (beroerte). In uiterst zeldzame gevallen kunnen zich bloedstolsels voordoen in de lever, darm, nier of het oog. Bloedstolsels in het oog kunnen blindheid of dubbel zien veroorzaken. Dit risico op het ontwikkelen van bloedstolsels is onafhankelijk van de gebruiksduur en verdwijnt nadat men is gestopt met het gebruik van het anticonceptiemiddel..

Als u tijdens het gebruik van EVRA denkt dat u een of ander bloedstolsel hebt, informeer dan uw arts die u mogelijk zal aanraden op te houden met het gebruik van EVRA. Mogelijke tekenen van een bloedstolsel zijn:

*pijn in een been
*zwelling
*ernstige pijn in de borst, die kan uitstralen naar de arm
*een plotselinge hoestbui
*ernstige hoofdpijn
*verstoord zicht
*onduidelijk praten
*duizeligheid
*convulsies (toevallen)
*zwakte of een verdoofd gevoel aan één helft van het lichaam
*problemen met lopen of iets vasthouden
*ernstige maagpijn

De onderstaande aandoeningen kunnen de kans op het ontstaan van bloedstolsels vergroten, als een van deze op u van toepassing is, moet u uw arts informeren:

*familiegeschiedenis van ziekte als gevolg van bloedstolsels in de bloedvaten (aderen)
*roken, vooral wanneer u ouder dan 35 bent
*vele dagen het bed moeten houden
*overgewicht
*u hebt net een baby, miskraam of abortus gehad
*u hebt een ernstig letsel opgelopen vooral indien het een letsel van het been of de heup betreft
*u hebt een zware operatie ondergaan, moet een zware operatie ondergaan of moet langdurig het bed houden; normaal mag u gedurende twee weken na een operatie geen anticonceptiepleister gebruiken
*Tumoren

Borsttumoren komen iets vaker voor bij vrouwen die gecombineerde hormonale anticonceptiva gebruiken maar het is niet bekend of dit wordt veroorzaakt door de behandeling. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat er meer tumoren worden ontdekt bij vrouwen die gecombineerde hormonale anticonceptiva gebruiken omdat zij vaker door hun arts worden onderzocht. Het optreden van borsttumoren neemt na het stoppen met gecombineerde hormonale anticonceptiva geleidelijk af. Na tien jaar is de kans op het krijgen van een borsttumor gelijk aan die van mensen die nooit anticonceptiepillen hebben gebruikt.

Tumoren van de cervix (baarmoederhals) komen eveneens vaker voor bij vrouwen die gecombineerde hormonale anticonceptiva gebruiken. Dit soort tumoren worden echter in verband gebracht met een grotere seksuele activiteit en seksueel overdraagbare ziekte. Het is daarom niet duidelijk of gecombineerde hormonale anticonceptiva een directe rol spelen bij dit risico.

Levertumoren zijn in zeldzame gevallen gemeld bij vrouwen die gecombineerde hormonale anticonceptiva gebruiken. Deze kunnen inwendige bloedingen veroorzaken die leiden tot ernstige buikpijn. In dat geval dient u onmiddellijk contact op te nemen met uw arts.

*Bloedingsstoornissen
EVRA kan onverwachte vaginale bloedingen of kleine doorbraakbloedingen veroorzaken tijdens de weken waarin u de pleister voor transdermaal gebruik draagt. Hieraan komt gewoonlijk een eind na de eerste paar cyclussen. Fouten bij het gebruik van de pleisters kunnen ook leiden tot spotting en lichte
bloedingen. Ga door met de behandeling met EVRA en als er na de eerste drie cyclussen nog steeds bloedingen optreden, vraag dan onmiddellijk advies aan uw arts of apotheker.
Als u tijdens de week waarin u geen EVRA-pleister draagt (week 4) niet ongesteld wordt, moet u toch een nieuwe pleister aanbrengen op de gebruikelijke “pleistervervangdag.” Als u EVRA correct heeft gebruikt en toch niet ongesteld raakt, betekent dit niet dat u zwanger bent. Als u echter in twee achtereenvolgende pleistervrije weken niet ongesteld bent geraakt, raadpleeg dan uw arts of apotheker, omdat u dan mogelijk zwanger bent.
Als u stopt met het gebruik van EVRA, treden er mogelijk onregelmatige, geringe of geen bloedingen op, vooral gedurende de eerste 3 maanden en vooral als de menstruatie niet regelmatig optrad, voordat u met het gebruik van hormonale anticonceptiva begon.

Gebruik van EVRA met voedsel en drank:

Voedsel of drank heeft naar verwachting geen invloed op de opname van hormonen uit een EVRA pleister.

Zwangerschap:

Gebruik EVRA niet als u zwanger bent of zou kunnen zijn (zie “3. HOE WORDT EVRA
GEBRUIKT” voor informatie over het gebruik van EVRA na de bevalling).
Er lijkt geen toename van afwijkingen bij pasgeboren baby’s op te treden, als zwangerschap kort na het stoppen met het gebruik van de anticonceptiepleister plaatsvindt.
Het kan enige tijd duren voordat u zwanger wordt nadat u met het gebruik van EVRA bent gestopt, vooral als u onregelmatig menstrueerde voordat u EVRA ging gebruiken. De menstruatie die u krijgt tijdens de ‘pleistervrije’ week is geen echte menstruatie. Het is belangrijk dat u een echte menstruatie krijgt voordat u zwanger wordt, zodat uw arts kan uitrekenen wanneer de baby komt. Dus zodra u met EVRA stopt omdat u zwanger wilt worden, moet u een andere anticonceptiemethode toepassen, totdat er een echte menstruatie optreedt.

Borstvoeding:

U mag EVRA pas gebruiken nadat u volledig met borstvoeding bent gestopt.

Rijvaardigheid en bediening van machines:

U mag tijdens het dragen van een EVRA-pleister een auto besturen en machines bedienen.

Gebruik van EVRA samen met andere geneesmiddelen:

Licht uw arts of apotheker in als u andere geneesmiddelen gebruikt of onlangs heeft gebruikt, ook als het geneesmiddelen betreft, waarvoor geen voorschrift noodzakelijk is.

De hieronder vermelde geneesmiddelen kunnen veroorzaken dat gecombineerde hormonale anticonceptiva minder goed werken en wanneer dit gebeurt zou u zwanger kunnen worden.
*Sommige behandelingen tegen HIV en andere virale infecties (ritonavir)
*sommige antibiotica (ampicilline, rifampicine, griseofulvine)
*een stemmingverhogend geneesmiddel dat modafinil wordt genoemd
*sommige anti-epileptica zoals, barbituraten, fenylbutazon, fenytoïne-natrium, carbamazepine, primidon, hydantoïnen, oxcarbazepine en felbamaat, topiramaat
Het kruidensupplement Sint-Janskruid (Hypericum perforatum) vermindert eveneens het effect van orale anticonceptiva en er is melding gemaakt van zwangerschappen door vrouwen die gecombineerde hormonale anticonceptiva hebben gebruikt en daarnaast een of andere vorm van Sint-Janskruid gebruikten. Er werd gemeld dat het effect van het Sint-Janskruid maximaal 2 weken aanhoudt, nadat met de behandeling werd gestopt.

Als u een van de bovengenoemde geneesmiddelen gebruikt, moet u overwegen een andere betrouwbare anticonceptiemethode (zoals een condoom, pessarium of zaaddodende pasta) te gebruiken. Het verstorende effect van sommige van deze geneesmiddelen kan tot 28 dagen nadat u bent gestopt met het gebruik ervan aanhouden.

Laboratoriumtesten:
Wanneer bij u bloed- of urinetesten worden uitgevoerd, dient u uw arts of apotheker te vertellen dat u EVRA gebruikt, omdat de resultaten van bepaalde proeven kunnen worden beïnvloed.

3. HOE WORDT EVRA GEBRUIKT

Gebruik EVRA altijd precies op de in deze bijsluiter beschreven manier, zoniet verhoogt de kans op zwangerschap. U dient niet-hormonale anticonceptiva (zoals condooms of zaaddodende pasta) als reserve te gebruiken in geval van fouten bij het gebruik van de pleister. Als u iets niet begrijpt dient u uw arts of apotheker te raadplegen.

Dosis: Breng gedurende drie weken elke week een pleister voor precies zeven dagen aan gevolgd door een week (exact zeven dagen) zonder de pleister te gebruiken.

BELANGRIJKE PUNTEN

1. Vervang EVRA elke week op dezelfde dag, daar hij ontworpen is om gedurende 7 dagen te werken.
2. Er mogen niet meer dan 7 pleistervrije dagen achter elkaar zijn.
3. U mag maar één pleister tegelijk dragen.
4. Breng de pleister niet aan op een huid die rood of geïrriteerd is of waarin een snijwond zit.
5. Om hem goed te laten werken moet de pleister stevig aan uw huid hechten. De pleister moet stevig aangedrukt worden tot de randen goed hechten. Doe geen crème, olie, lotion, poeder of make-up op de huid waarop u een pleister wilt aanbrengen of in de buurt van een pleister die u draagt. De pleister zou daardoor los kunnen raken.
6. Breng nieuwe pleisters steeds op een andere plaats op uw huid aan. Als u dat niet doet is de kans op irritatie groter.
7. Kijk elke dag of de pleister nog goed vastzit.
8. Stop niet met het gebruiken van de pleisters ook al hebt u niet vaak gemeenschap.

HOE WORDT EVRA GEBRUIKT

Als u de anticonceptiepleister voor het eerst gaat gebruiken, wacht dan
tot de dag waarop uw menstruatie begint. Breng de eerste pleister aan
gedurende de eerste 24 uur van uw menstruatie. Als de pleister na Dag 1
van uw menstruatie is aangebracht, dient u tot Dag 7 een niet-hormonaal
anticonceptiemiddel te gebruiken tot wanneer u uw pleister vervangt. De
dag waarop u uw eerste pleister aanbrengt is Dag 1. Uw ‘Pleistervervangdag’ is elke week op dezelfde dag.
Kies een plaats op uw lichaam om de pleister op aan te brengen. Breng
uw pleister altijd aan op een schone, droge, onbehaarde huid op de bil,
buik, de buitenkant van een bovenarm, op een plaats waarvan hij niet
kan worden afgewreven door nauwsluitende kleding. Breng nooit een
pleister op uw borsten aan.

Open met uw vingers het met folie beklede zakje door het langs de rand
open te scheuren (gebruik geen schaar). Pak een hoek van de pleister
stevig vast en haal hem voorzichtig uit het met folie beklede zakje. Soms
kan een pleister aan de binnenkant van het zakje blijven kleven – pas op
dat u niet per ongeluk de doorzichtige laag verwijdert, terwijl u de
pleister uit het zakje haalt. Trek vervolgens op de aangegeven manier de
helft van de doorzichtige, beschermende laag van de pleister af. Raak
het kleverige oppervlak niet aan.
Breng de pleister aan op uw huid en verwijder vervolgens de andere
helft van de laag. Druk gedurende 10 seconden stevig met uw handpalm
op de pleister, waarbij u de randen goed laat vastkleven.
Draag de pleister 7 dagen (één week). Verwijder de gebruikte pleister op
de eerste ‘pleistervervangdag’, Dag 8. Breng onmiddellijk een nieuwe
pleister aan.
Breng een nieuwe pleister aan in Week 2 (op Dag 8) en in Week 3 (op
Dag 15) gedurende drie weken in totaal. Om irritatie te voorkomen
brengt u de nieuwe pleister niet op precies dezelfde plaats op uw huid
aan waar de vorige pleister heeft gezeten.
Draag geen pleister in Week 4 (op Dag 22 t/m Dag 28). Tijdens deze
periode hoort menstruatie op te treden. Tijdens deze week bent u alleen
beschermd tegen zwangerschap als u de volgende pleister op tijd
aanbrengt.
Begin de volgende cyclus van vier weken door een nieuwe pleister aan
te brengen op de gebruikelijke ‘pleistervervangdag’, de dag na Dag 28 –
ongeacht wanneer de menstruatie begint of eindigt.
Als u de “pleistervervangdag” wilt verschuiven naar een andere dag van de week, bespreek dit dan met uw arts.

Weggooien van gebruikte en ongebruikte pleisters

Gooi gebruikte pleisters zorgvuldig weg: Na gebruik bevat de pleister nog aanzienlijke hoeveelheden bestanddelen. Achtergebleven hormonale actieve bestanddelen van de pleister kunnen schadelijk zijn indien ze in het waterig milieu terechtkomen.. Om een gebruikte pleister weg te gooien moet u het
plakfolie op de buitenzijde van het zakje lostrekken bij de pijl. Plak de klevende kant van de pleister op het gekleurde vlak. Vouw het plakfolie weer dicht zodat de pleister eronder zit en gooi het zakje bij het klein chemisch afval. Houd het buiten het bereik van kinderen. Alle gebruikte of ongebruikte
pleisters moeten volgens lokale vereisten worden weggegooid of worden teruggebracht naar de apotheek. Om het milieu te beschermen: spoel de pleisters niet door het toilet of in een afvalsysteem voor vloeibaar afval (bijv. de gootsteen).
Douchen, baden en sporten: Normale activiteiten zoals baden, douchen, sauna en sporten mogen geen invloed hebben op de werking van de pleister. De pleister is ontworpen om tijdens dergelijke activiteiten op zijn plaats te blijven zitten. Toch wordt aanbevolen dat u controleert of de pleister er niet is afgevallen na dit soort activiteiten.

Als u zich moeilijk kunt herinneren wanneer uw EVRA pleister vervangen moet worden:
Overleg met uw arts of ziekenhuis hoe het vervangen van de pleister vergemakkelijkt kan worden of welke andere anticonceptiemethode kan worden toegepast.
Als uw pleister loslaat, aan de randen omhoog komt of eraf valt:
*gedurende minder dan één dag (maximaal 24 uur), probeer hem dan opnieuw aan te brengen of breng onmiddellijk een nieuwe pleister aan. Er is dan geen extra anticonceptiemiddel nodig.
Uw ‘pleistervervangdag’ moet gelijk blijven. Probeer een pleister niet opnieuw aan te brengen als hij niet langer kleeft, als hij aan zichzelf of een ander oppervlak is vastgeraakt, als er ander materiaal aan is vastgeraakt of als hij eerder is losgeraakt of afgevallen. Gebruik geen tape of verband om de pleister op zijn plaats te houden. Als u de pleister niet opnieuw kunt aanbrengen,
breng dan onmiddellijk een nieuwe pleister aan.
*gedurende meer dan één dag (24 uur of meer) of als u niet zeker weet hoe lang, KUNT U ZWANGER WORDEN – Begin onmiddellijk met een nieuwe cyclus van vier weken door een nieuwe pleister aan te brengen. Er is nu een nieuwe Dag 1 en een nieuwe
‘pleistervervangdag’. U moet gedurende de eerste week van de nieuwe cyclus bovendien een extra niet-hormonaal anticonceptiemiddel gebruiken.
Als u bent vergeten een pleister voor transdermaal gebruik te vervangen:
*aan het begin van elke pleistercyclus (Week één (Dag 1):
Als u bent vergeten een pleister aan te brengen, LOOPT U EEN ZEER GROTE KANS
ZWANGER TE WORDEN – U moet gedurende één week een extra anticonceptiemiddel
gebruiken. Breng de eerste pleister van de nieuwe cyclus aan zodra u eraan denkt. U hebt nu een nieuwe ‘pleistervervangdag’ en een nieuwe Dag 1.
*in het midden van uw pleistercyclus (Week twee of Week drie):
Als u gedurende één of twee dagen (maximaal 48 uur) bent vergeten een pleister te vervangen, breng dan een nieuwe pleister aan zodra u eraan denkt. Breng uw volgende pleister aan op uw normale ‘pleistervervangdag’. Er is dan geen extra anticonceptiemiddel nodig.
Als u gedurende meer dan 2 dagen (48 uur of meer) bent vergeten een pleister te vervangen, KUNT U ZWANGER WORDEN – begin met een nieuwe cyclus van vier weken, zodra u eraan denkt, door een nieuwe pleister aan te brengen. U hebt nu een andere ‘pleistervervangdag’ en een nieuwe Dag 1. U moet gedurende de eerste week van de nieuwe cyclus een extra anticonceptiemiddel gebruiken.
*aan het einde van uw pleistercyclus (Week 4):
Als u bent vergeten een pleister te verwijderen, verwijder deze dan zodra u eraan denkt. Begin met de volgende cyclus op de gebruikelijke ‘pleistervervangdag’, de dag volgend op Dag 28. Er is dan geen extra anticonceptiemiddel nodig.

Als u te veel EVRA pleisters opplakt:

Als u meer pleisters hebt opgeplakt dan is voorgeschreven, verwijder dan de pleisters en neem onmiddellijk contact op met een arts. Het gebruik van teveel pleisters kan misselijkheid, braken en onttrekkingsbloeding veroorzaken.

Als u de pleister midden in de week op een andere plaats moet aanbrengen:

Als de pleister die u draagt last gaat geven of irritatie veroorzaakt, kunt u hem verwijderen en vervangen door een nieuwe pleister op een andere plaats. Maar u mag maar één pleister tegelijk dragen.

Als u overschakelt van een orale anticonceptiepil naar EVRA:
Wanneer u overschakelt van een orale anticonceptiepil naar de anticonceptiepleister, wacht dan tot uw menstruatie is begonnen. Breng uw eerste pleister gedurende de eerste 24 uur van uw menstruatie aan.
Als de pleister na Dag 1 van uw menstruatie is aangebracht, dient u tot Dag 7 een niet-hormonaal anticonceptiemiddel te gebruiken, wanneer u uw pleister vervangt. Als u niet binnen 5 dagen na het innemen van de laatste anticonceptiepil ongesteld bent geraakt, neem dan contact op met uw arts of
ziekenhuis voordat u met EVRA begint.

Overschakelen van de minipil:
Wanneer u overschakelt van de minipil kunt u elke dag starten met EVRA. Breng de pleister de eerste dag na het stoppen met de minipil aan. U dient tot Dag 7 een niet-hormonaal anticonceptiemiddel te gebruiken, wanneer u uw pleister vervangt.

Gebruik na een bevalling:
Wanneer u geen borstvoeding geeft, begint u minstens 4 weken na de bevalling pas met het gebruik van EVRA. Als u na 28 dagen begint moet u in de eerste week na het begin met EVRA ook een niethormonaal anticonceptie middel gebruiken.

Informeer bij uw arts of apotheker naar de mogelijke problemen met het gebruik van EVRA kort na een bevalling.

Gebruik na een abortus of miskraam
U kunt EVRA onmiddellijk gebruiken na een abortus of miskraam in de eerste 20 weken van de zwangerschap. Wanneer u onmiddellijk begint met EVRA hebt u geen extra anticonceptiemethode nodig.

Wanneer een abortus of miskraam na een zwangerschap van 20 weken heeft plaatsgevonden kunt u 21 dagen na de abortus of miskraam met EVRA beginnen of op de eerste dag van uw volgende menstruatie, afhankelijk van hetgeen zich het eerst voordoet. Gedurende de eerste week na het starten met EVRA moet u een extra anticonceptiemiddel gebruiken.

ANDERE BELANGRIJKE INFORMATIE OVER HET GEBRUIK VAN EVRA

Veel vrouwen hebben tijdens de eerste 3 cycli last van doorbraakbloedingen (spotting) of lichte bloedingen, gevoeligheid van de borsten of misselijkheid (zie BIJWERKINGEN). De klacht zal gewoonlijk vanzelf verdwijnen, maar als dit niet het geval is, neem dan contact op met uw arts of ziekenhuis. Ook fouten bij het gebruik van de pleisters kunnen leiden tot onttrekkingsbloedingen of
lichte bloedingen.
In tegenstelling tot een orale anticonceptiepil wordt de hoeveelheid werkzame stof die u van de EVRA pleister opneemt niet beïnvloed door braken of diarree. Daarom hoeft u geen extra anticonceptiemiddel te gebruiken als uw ingewanden van streek zijn.

4. MOGELIJKE BIJWERKINGEN

Zoals alle geneesmiddelen kan EVRA bijwerkingen veroorzaken.

Informeer uw arts als u bijwerkingen opmerkt. Als u denkt dat bij u een ernstige bijwerking optreedt tijdens het gebruik van EVRA, verwijder dan de pleister en bespreek het onmiddellijk met uw arts of apotheker. Pas intussen een andere anticonceptiemethode toe.

Ernstige bijwerkingen die in verband worden gebracht met het gebruik van gecombineerde hormonale anticonceptiva worden beschreven in de bovenstaande paragrafen over “Trombose (Bloedstolsels) en gecombineerde hormonale anticonceptiva” en “Tumoren en gecombineerde hormonale anticonceptiva”. Lees deze paragrafen voor aanvullende informatie.
De meest gemelde bijwerkingen in klinische studies met EVRA waren spanning in de borsten, hoofdpijn, irritatie op de plaats van aanbrengen en misselijkheid.
Andere effecten zijn gemeld door patiënten die EVRA gebruiken maar het is niet bekend of EVRA deze effecten heeft veroorzaakt.

De meest gemelde bijwerkingen zijn letsel, migraine, buikpijn/-vergroting, braken, gastro-enteritis, abnormaal uitstrijkje, neerslachtigheid, hevige bloedingen tijdens de menstruatie, sinusinfectie, griepachtige symptomen, spier-/gewrichtspijn, allergische reacties, duizeligheid, verstoorde
spijsvertering, gebitsproblemen, gewichtstoename, stemmingswisselingen, pijnlijke menstruatie, vulvo-vaginale infectie, onregelmatige of onverwachte vaginale bloeding, ademhalingssymptomen, jeuk/huiduitslag, acne en urineweginfectie.

Niet vaak gemelde bijwerkingen zijn verminderde of ongewone huidgevoeligheid, huidinfectie, blozen, zwelling, borstpijn/hartkloppingen, flauwvallen, verhoogde bloeddruk, spierkramp, abnormaal beven/abnormale coördinatie, aambeien, verhoogde serumlipiden, spierzwakte, verlaagd/verhoogd libido, angst, veranderingen in eetlust, verandering in het slaappatroon, pijnlijke gemeenschap, anemie, afscheiding uit de borsten, huidverkleuring, transpireren, blaarvorming, haaruitval, droge huid, spataderen, oogafwijkingen of problemen bij het zien.

Zeldzame bijwerkingen zijn problemen bij het bewegen, aandoening aan de galblaas, abnormale bloedstolling inclusief bloedstolsel in de long, alcohol-intolerantie, abnormale stem, droge mond, verhoogde speekselproductie, leverfunctiestoornis, gewichtsafname, blauwe plekken, paranoia, borstatrofie en een koude, klamme huid.

Licht uw arts of apotheker in als u bijwerkingen constateert die niet in deze bijsluiter worden vermeld.

5. HOE BEWAART U EVRA

Houd buiten het bereik en het zicht van kinderen.

Niet in de koelkast of vriezer bewaren. Bewaar in de oorspronkelijke verpakking.
Niet gebruiken na de uiterste op het etiket vermelde gebruiksdatum.