BIJSLUITER
Lees de hele bijsluiter aandachtig door alvorens dit geneesmiddel te gebruiken.
- Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem nog een keer nodig.
- Raadpleeg uw arts of apotheker, als u aanvullende vragen heeft.
- Dit geneesmiddel is alleen aan u voorgeschreven. Geef het dus niet door aan iemand anders.
Het kan schadelijk voor hen zijn, zelfs als ze dezelfde verschijnselen hebben als u.

In deze bijsluiter:
1. Wat is PegIntron en waarvoor wordt het gebruikt
2. Wat u moet weten voordat u PegIntron gebruikt
3. Hoe wordt PegIntron gebruikt
4. Mogelijke bijwerkingen
5. Hoe bewaart u PegIntron
6. Aanvullende informatie

PegIntron 50 microgram poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
peginterferon-alfa-2b (conjugatie van recombinant interferon-alfa-2b met monomethoxypolyethyleenglycol)
- De werkzame stof is peginterferon-alfa-2b, 50 microgram/0,5 ml.
- De andere bestanddelen zijn:
Poeder: watervrij dinatriumfosfaat, natriumdiwaterstoffosfaat dihydraat, sucrose en polysorbaat 80;
Oplosmiddel: water voor injecties 0,7 ml/ampul.

Houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
SP Europe,
Stallestraat 73,
B-1180 Brussel,
België

Fabrikant:
SP (Brinny) Company,
Innishannon,
County Cork,
Ierland

1. WAT IS PEGINTRON EN WAARVOOR WORDT HET GEBRUIKT
De farmaceutische vorm is: poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie.
Het witte poeder is verpakt in een 2 ml glazen injectieflacon en het heldere en kleurloze oplosmiddel bevindt zich in een 2 ml glazen ampul.
PegIntron 50 microgram is verkrijgbaar in verschillende verpakkingsgrootten:
- 1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie en 1 ampul met oplosmiddel voor parenteraal gebruik;
- 1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie, 1 ampul met oplosmiddel voor parenteraal gebruik, 1 injectiespuit, 2 injectienaalden en 1 reinigingsdoekje;
- 4 injectieflacons met poeder voor oplossing voor injectie en 4 ampullen met oplosmiddel voor parenteraal gebruik;
- 4 injectieflacons met poeder voor oplossing voor injectie, 4 ampullen met oplosmiddel voor parenteraal gebruik, 4 injectiespuiten, 8 injectienaalden en 4 reinigingsdoekjes;
- 6 injectieflacons met poeder voor oplossing voor injectie en 6 ampullen met oplosmiddel voor parenteraal gebruik;
- 12 injectieflacons met poeder voor oplossing voor injectie, 12 ampullen met oplosmiddel voor parenteraal gebruik, 12 injectiespuiten, 24 injectienaalden en 12 reinigingsdoekjes.

Het kan voorkomen dat niet alle verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.

Interferonen wijzigen de reactie van het immuunsysteem van het lichaam en helpen te verdedigen tegen infecties en ernstige ziekten. PegIntron, dat een interferon bevat, wordt gebruikt om chronische hepatitis C, een virale infectie van de lever, te behandelen.
Voor deze behandeling wordt PegIntron het beste gebruikt in combinatie met ribavirine.
PegIntron alleen wordt gebruikt bij intolerantie of contra-indicatie voor ribavirine.

2. WAT U MOET WETEN VOORDAT U PEGINTRON GEBRUIKT
PegIntron wordt niet aanbevolen voor gebruik bij patiënten jonger dan 18 jaar.
Gebruik PegIntron niet:
- Als u overgevoelig (allergisch) bent voor peginterferon-alfa-2b of voor één van de andere bestanddelen van PegIntron.
- Als u overgevoelig (allergisch) bent voor interferonen.
- Als u ernstige hartproblemen heeft gehad of als u een hartziekte heeft die niet goed onder controle werd gehouden tijdens de afgelopen 6 maanden.
- Als u in een ernstige medische toestand verkeert waardoor u erg zwak bent.
- Als u auto-immune hepatitis of andere problemen met uw immuunsysteem heeft; als u andere geneesmiddelen inneemt die uw immuunsysteem onderdrukken (uw immuunsysteem beschermt u tegen infecties en sommige andere ziekten).
- Als u een gevorderde, ongecontroleerde leveraandoening heeft (afgezien van hepatitis C).
- Als u een schildklieraandoening heeft die niet goed onder controle kan worden gehouden met geneesmiddelen.
- Als u aan een ziekte lijdt die convulsies veroorzaakt (aanvallen of stuipen").

Pas goed op met PegIntron:
- Als u symptomen van een ernstige allergische reactie (zoals ademhalingsmoeilijkheden, piepende ademhaling of netelroos) ontwikkelt terwijl u deze medicatie inneemt, moet u onmiddellijk medische hulp zoeken.
- Als u ooit een hartaanval of hartaandoening heeft gehad.
- Als u ooit voor depressie of andere zenuw- of mentale stoornissen behandeld werd.
- Als u een nierziekte heeft, kan uw arts u een lagere dosis dan de gebruikelijke voorschrijven en uw bloedwaarden in de nier regelmatig controleren tijdens de behandeling.
- Als u een leveraandoening heeft gehad (afgezien van hepatitis C).
- Als u symptomen ontwikkelt die wijzen op een verkoudheid of een andere luchtweginfectie, zoals koorts, hoest of ademhalingsmoeilijkheden, moet u uw arts raadplegen.
- Als u suikerziekte heeft, kan uw arts u vragen een oogonderzoek te ondergaan.
- Als u een ernstige ziekte heeft gehad waardoor u afwijkingen vertoonde in uw ademhaling of uw bloed.
- Als u psoriasis heeft, omdat het kan verergeren terwijl u PegIntron gebruikt.
- Als u van plan bent zwanger te worden, bespreek dit dan met uw arts vóór het starten van de behandeling met PegIntron.
- Als u ook behandeld wordt voor HIV, zie Gebruik van PegIntron samen met andere
geneesmiddelen.
- Als u een ernstige zenuw- of geestesziekte heeft gehad.
- Als u een orgaantransplantaat, hetzij een nier of een lever, heeft gekregen, kan een behandeling met interferon het risico op afstoting verhogen. Bespreek dit zeker met uw arts.
Tand- en tandvleesaandoeningen, die kunnen leiden tot tandverlies, werden gemeld bij patiënten die de combinatietherapie met PegIntron en ribavirine kregen. Bovendien kon een droge mond een schadelijk effect hebben op tanden en slijmvliezen van de mond tijdens langetermijnbehandeling met de combinatie van PegIntron en ribavirine. U moet uw tanden tweemaal per dag grondig poetsen en
regelmatig laten nakijken. Bovendien is het mogelijk dat sommige patiënten moeten braken. Als u deze reactie heeft, zorg er dan voor dat u uw mond nadien grondig spoelt.

Sommige patiënten worden depressief wanneer ze met PegIntron alleen of in combinatie met ribavirine worden behandeld, en in sommige gevallen hadden ze zelfmoordgedachten of vertoonden ze agressief gedrag (soms gericht op anderen). Sommige patiënten hebben daadwerkelijk zelfmoord gepleegd. Zorg ervoor dat u dringende hulp zoekt als u merkt dat u depressief wordt, zelfmoordgedachten heeft of veranderingen in uw gedrag vertoont. Mogelijk overweegt u een familielid of een goede vriend(in) aan te spreken die u kan helpen alert te blijven op tekenen van depressie of veranderingen in uw gedrag. Terwijl u behandeld wordt met PegIntron
Uw arts kan u adviseren meer te drinken om een lage bloeddruk te helpen voorkomen.

Zwangerschap
Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel inneemt. In onderzoek bij drachtige dieren hebben interferonen soms miskramen veroorzaakt. Het effect op de zwangerschap bij de mens is niet bekend. Neem bij de combinatietherapie met ribavirine kennis van de desbetreffende informatie
over ribavirine-bevattende geneesmiddelen.

Borstvoeding
Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel inneemt. Het is niet bekend of dit product wordt uitgescheiden in de moedermelk. Geef daarom geen borstvoeding terwijl u behandeld wordt met PegIntron. Neem bij de combinatietherapie met ribavirine kennis van de desbetreffende informatie over ribavirine-bevattende geneesmiddelen.

Rijvaardigheid en bediening van machines:
Rijd niet en bedien geen machines als u zich vermoeid, slaperig of verward voelt tijdens het gebruik van PegIntron.

Belangrijke informatie over enkele bestanddelen van PegIntron:
Dit geneesmiddel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per 0,7 ml, d.w.z. dat het in wezen "natriumvrij" is.

Gebruik van PegIntron samen met andere geneesmiddelen:
Licht uw arts of apotheker in als u andere geneesmiddelen gebruikt of onlangs heeft gebruikt, ook als het geneesmiddelen betreft waarvoor geen voorschrift noodzakelijk is.

Patiënten die eveneens besmet zijn met HIV:
Lactaatacidose en verergerende leverfunctie zijn bijwerkingen geassocieerd met hoog-actieve antiretrovirale therapie (HAART), een HIV-behandeling. Als u HAART toegediend krijgt, kan de toevoeging van PegIntron en ribavirine uw risico op lactaatacidose en leverinsufficiëntie verhogen. Uw arts zal toezien op tekenen en symptomen van deze aard (Lees zeker ook de patiëntenbijsluiter van
ribavirine).

3. HOE WORDT PEGINTRON GEBRUIKT
Uw arts heeft PegIntron voor u en uw huidige toestand voorgeschreven; geef dit geneesmiddel niet aan iemand anders.
Uw arts heeft de dosis PegIntron bepaald op basis van uw gewicht. Als het noodzakelijk is, kan de dosis veranderd worden gedurende de behandeling.

Combinatietherapie
De dosis PegIntron, in combinatie met ribavirine-capsules, bedraagt in het algemeen 1,5 microgram/kg eenmaal per week.
Ribavirine-capsules moeten elke dag ingenomen worden, 's ochtends en 's avonds. Het aantal ribavirine-capsules dat u moet nemen hangt af van uw gewicht.
- Als u minder dan 65 kg weegt, neem dan 2 capsules 's ochtends en 2 's avonds (in totaal 800 mg per dag).
- Als u tussen 65 en 85 kg weegt, neem dan 2 capsules 's ochtends en 3 's avonds (in totaal 1.000 mg per dag).
- Als u meer dan 85 kg weegt, neem dan 3 capsules 's ochtends en 3 's avonds (in totaal 1.200 mg per dag).
De combinatietherapie duurt 3 tot 6 maanden en soms één jaar, afhankelijk van het oordeel van uw arts. Neem kennis van de desbetreffende informatie over ribavirine-bevattende geneesmiddelen.

PegIntron alleen:
De gebruikelijke dosis PegIntron, alleen, bedraagt 0,5 of 1,0 microgram/kg eenmaal per week, gedurende ten minste 6 maanden, en mogelijk voor 1 jaar. Als u een nierziekte heeft, kan uw dosis lager zijn, afhankelijk van uw nierfunctie.

Alle patiënten:
Als u zich PegIntron zelf toedient, wees er dan zeker van dat de dosis die u voorgeschreven werd, duidelijk vermeld staat op de verpakking van het geneesmiddel dat u ontvangt.
Als u de indruk heeft dat de werking van PegIntron te sterk of te zwak is, licht dan uw arts of apotheker in.
PegIntron is bedoeld voor subcutaan gebruik. Dat wil zeggen dat het wordt toegediend met een korte injectienaald in het vetweefsel juist onder de huid. Als u zich dit geneesmiddel zelf toedient, zal u getoond worden hoe de injectie te bereiden en toe te dienen. Gedetailleerde instructies voor subcutane
toediening worden in deze bijsluiter gegeven (zie Hoe PegIntron zelf toe te dienen aan het einde van de bijsluiter).
Bereid de dosis vlak voor u van plan bent ze te injecteren en gebruik ze onmiddellijk. Bekijk de bereide oplossing aandachtig vóór de toediening. Gebruik de bereide oplossing niet als die verkleurd is of deeltjes bevat. Gooi de niet-gebruikte oplossing die in de injectieflacon achterblijft weg nadat u de
injectie zelf heeft toegediend.
Injecteer PegIntron eenmaal per week op dezelfde dag. Om niet te vergeten de dosis te gebruiken, wordt u aangeraden ze elke week op hetzelfde moment van de dag te injecteren.
Gebruik PegIntron precies zoals uw arts u voorgeschreven heeft. Overschrijd de aanbevolen dosis niet en gebruik het zolang uw arts u dat voorschrijft.
Wat u moet doen als u meer van PegIntron heeft gebruikt dan u zou mogen:
Raadpleeg uw arts of ander verplegend personeel zo snel mogelijk.
Wat u moet doen als u PegIntron vergeet te gebruiken:
Neem de dosis zodra u het zich herinnert en zet de behandeling zoals gewoonlijk voort.

Neem geen dubbele dosis om een overgeslagen dosis in te halen. Raadpleeg uw arts of apotheker indien nodig.

4. MOGELIJKE BIJWERKINGEN
Zoals alle geneesmiddelen kan PegIntron bijwerkingen hebben. Alhoewel niet alle bijwerkingen zullen voorkomen, kan medische hulp nodig zijn.
Raadpleeg uw arts onmiddellijk als één van de volgende bijwerkingen optreedt: pijn op de borst;
veranderingen in uw hartslag; ademhalingsmoeilijkheden, (waaronder kortademigheid),
verwardheid; zich depressief voelen, zichzelf willen verwonden, hallucinaties, gevoelloosheid of tintelend gevoel;
duizeligheid, convulsie ("stuip"); slaap-, denk- of concentratiestoornissen; moeilijkheden om alert te blijven, ernstige maagpijn of maagkrampen; bloed of klonters in de stoelgang (of zwarte, teerachtige stoelgang); koorts of rillingen na een paar weken behandeling; pijn laag in de rug of in de zij; moeilijk
of helemaal niet kunnen urineren, pijnlijke of ontstoken spieren (soms ernstig); oogproblemen of stoornissen bij het zien of horen; ernstig of pijnlijk rood worden van de huid of het slijmvlies, ernstige neusbloedingen. Uw arts zal uw bloed controleren om te weten of het aantal witte bloedcellen (cellen
tegen infecties) en rode bloedcellen (cellen die zuurstof vervoeren), bloedplaatjes (bloedstollende cellen) en andere laboratoriumwaarden in uw bloed aanvaardbaar zijn.

De meest voorkomende bijwerkingen met de combinatie van PegIntron met ribavirine-capsules zijn
irritatie of roodheid (en zelden huidbeschadiging) ter hoogte van de injectieplaats, hoofdpijn,
vermoeidheid, rillingen, koorts, griepachtige symptomen, zwakte, gewichtsverlies, misselijkheid,
verlies van eetlust, diarree of dunne stoelgang, maagpijn, braken, spierpijn, pijn in gewrichten en spieren, zich depressief voelen, prikkelbaarheid, moeite hebben om in slaap te vallen of door te slapen,
zich angstig of nerveus voelen, concentratiestoornissen, humeurswisselingen, haaruitval, jeuk, droge huid, keelpijn, hoesten, ademhalingsmoeilijkheden, duizeligheid, virusinfectie, huiduitslag en droge mond.

Andere gebruikelijke bijwerkingen die zich kunnen voordoen tijdens de combinatietherapie zijn
toegenomen transpiratie, pijn op de borst, pijn aan de rechterzijde in de ribstreek, gevoelloosheid, pijn of tintelend gevoel, verandering in de schildklierwerking (waardoor u zich moe kunt voelen of, minder gebruikelijk, energiek), last van de maag, snelle hartslag, rusteloosheid, nervositeit, pijnlijke of onregelmatige menstruatie.

Minder gebruikelijk zijn pijn ter hoogte van de injectieplaats, plotselinge roodheid van gezicht en hals,
lage of hoge bloeddruk, droge of tranende ogen, rode huid of huidafwijkingen, psoriasis, netelroos,
nagelafwijking, zich onwel voelen, zich zwak voelen, slecht coördinatievermogen, verwardheid, verhoogde of verminderde gevoeligheid bij aanraking, gespannen spieren, artritis, blauwe plekken, verminderde zin in activiteiten zoals seks, seksuele problemen, ongebruikelijke dromen, trillende handen, vertigo (duizeligheid), verhoogde eetlust, het zuur, winderigheid (flatus), constipatie,
bloedingen, rood of bloedend tandvlees, roodheid of zweertjes in de mond, smaakverandering, verandering in het gehoor of oorsuizingen, dorst, veranderd gedrag of agressief gedrag (soms gericht op anderen), slaperigheid, koortsuitslag, schimmel- of bacteriële infecties, irritatie van de prostaatklier, verhoogde behoefte om te urineren, oor- of luchtweginfecties, bijholteontsteking, verstopte neus of loopneus, afwijkende haartextuur, overgevoeligheid voor zonlicht, migraine, pijn aan het oog of ooginfectie, troebel zicht, opgezwollen gezicht, opgezwollen handen of voeten, vergroting van de lever, problemen met de eierstokken of vagina, pijn in de borst, moeilijkheden bij het spreken, suikerziekte en opgezwollen klieren.

Zeer zelden is sarcoïdose (een ziekte die gekenmerkt wordt door aanhoudende koorts, gewichtsverlies, pijnlijke en gezwollen gewrichten, huidwonden en opgezette klieren) gemeld. Bewustzijnsverlies kwam zeer zelden voor met alfa-interferonen, voornamelijk bij bejaarde patiënten die hoge doses
toegediend kregen. Gevallen van beroerte (cerebrovasculaire gevallen) werden gemeld. Neem onmiddellijk contact op met uw arts als u één van deze symptomen heeft of als u andere symptomen heeft waar u last van heeft.
Zeer zelden kan het gebruik van PegIntron alleen of in combinatie met ribavirine aplastische anemie veroorzaken.

Wanneer PegIntron alleen gebruikt wordt, zijn sommige van deze bijwerkingen minder waarschijnlijk en zijn sommige helemaal niet opgetreden.

Als u bijwerkingen constateert die niet in deze bijsluiter worden vermeld, licht dan uw arts of apotheker in.

5. HOE BEWAART U PEGINTRON
Houd buiten het bereik en het zicht van kinderen.
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C).
Niet gebruiken na de uiterste op doos vermelde gebruiksdatum.
Gebruik de bereide oplossing onmiddellijk na bereiding of binnen 24 uur wanneer bewaard in een koelkast bij 2°C - 8°C.
Gebruik PegIntron niet als u verkleuring van het poeder constateert.
De bereide oplossing moet helder en kleurloos zijn. Gebruik de oplossing niet als die verkleurd is of deeltjes bevat. Gooi het ongebruikte materiaal weg.

6. AANVULLENDE INFORMATIE
Neem voor alle informatie met betrekking tot dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen.
Nederland
Maarssenbroeksedijk 4
NL-3542 DN Utrecht
Tel: + 31-(0)30 240 88 88

Deze bijsluiter is voor de laatste keer goedgekeurd op

HOE PEGINTRON ZELF TOE TE DIENEN?
De volgende aanwijzingen leggen uit hoe u zichzelf PegIntron kunt toedienen. Lees deze aanwijzingen aandachtig door en volg ze stap voor stap. Uw arts of zijn/haar assistent(e) zal u tonen hoe u zichzelf injecteert met PegIntron. Injecteer uzelf niet tenzij u er zeker van bent dat u de procedure en de
vereisten van een zelf-injectie begrepen heeft.
Voorbereiding
Verzamel de benodigde voorwerpen voor u begint:
- een injectieflacon met PegIntron poeder voor injectie;
- een ampul met oplosmiddel voor PegIntron (water voor injecties);
- een 1 ml spuit;
- een lange naald (bijvoorbeeld 0,8 x 40 mm [21 gauge 1,5 inch]) die moet worden gebruikt om water voor injecties toe te voegen aan de injectieflacon met PegIntron poeder;
- een korte naald (bijvoorbeeld 0,3 x 13 mm [30 gauge 0,5 inch]) voor subcutane injectie;
- een reinigingsdoekje.
Was uw handen zorgvuldig.

Oplossen van PegIntron poeder voor injectie
Vóór oplossing kan PegIntron eruitzien als een witte klont (tabletvormig, eventueel in stukjes) of als een wit poeder.
Haal het beschermkapje van de injectieflacon met PegIntron af. Maak het rubberen dopje aan de bovenzijde van de injectieflacon schoon met een reinigingsdoekje. U kunt het doekje bewaren om de huid waar u de injectie zult geven, schoon te maken. Haal de spuit uit de verpakking. Raak de bovenzijde van de spuit niet aan. Neem de lange naald en zet deze stevig vast op de bovenzijde van de
spuit. Haal de naald uit de beschermdop zonder de naald aan te raken en houd de spuit met de naald in uw hand. Tik zachtjes tegen de bovenkant van de ampul met oplosmiddel om zeker te zijn dat al de vloeistof zich aan de onderkant van de ampul bevindt. Breek het bovenste stuk van de ampul met oplosmiddel af. Plaats de naald in de ampul met oplosmiddel en zuig het oplosmiddel volledig op.
Wanneer de volledige hoeveelheid oplosmiddel toegevoegd is aan al het PegIntron poeder, heeft de oplossing de juiste concentratie om uw dosis af te meten (d.w.z. 0,5 ml bevat de aangeduide hoeveelheid).
Een klein volume gaat verloren tijdens de bereiding van PegIntron voor injectie wanneer de dosis afgemeten en geïnjecteerd wordt. Daarom bevat elke injectieflacon iets meer oplosmiddel en PegIntron poeder om een afgifte van de aangeduide dosis in 0,5 ml PegIntron, oplossing voor injectie, te garanderen.
Om de PegIntron oplossing te bereiden, steek de naald door het rubberen dopje van de injectieflacon met PegIntron en plaats de punt van de naald voorzichtig tegen de glazen wand van de injectieflacon zonder het schoongemaakte dopje van de injectieflacon met uw handen aan te raken.
Injecteer het oplosmiddel LANGZAAM en zorg ervoor dat het vloeistofstroompje tegen de glazen wand van de injectieflacon komt. Het is het beste de vloeistofstroom niet direct op de witte klont of het poeder te richten en de vloeistof niet te snel toe te voegen aangezien er dan meer luchtbelletjes
ontstaan. Het kan zijn dat de oplossing er hierdoor gedurende enkele minuten troebel en bruisend uitziet, maar dit is normaal en u hoeft zich hier geen zorgen over te maken.
Om de hele inhoud op te lossen, draai de injectieflacon met PegIntron met een zachte roterende beweging, waarbij de naald met daaraan de bijhorende spuit in de injectieflacon blijft. Niet schudden, draai enkel de flacon voorzichtig ondersteboven tot al het poeder ook aan de bovenkant van de injectieflacon helemaal is opgelost. De inhoud zou nu volledig opgelost moeten zijn. Zet de
injectieflacon rechtop en laat alle luchtbelletjes in de oplossing stijgen naar de oppervlakte van de oplossing. Wanneer de oplossing helder geworden is en alle luchtbelletjes naar de oppervlakte van de oplossing gestegen zijn, moet u een heldere oplossing hebben met een smalle kring minibelletjes aan de bovenzijde. Nu kunt u uw dosis uit de injectieflacon opzuigen. Gebruik de oplossing onmiddellijk.
Indien de oplossing niet onmiddellijk kan gebruikt worden, kan ze nog maximaal 24 uur in de koelkast bewaard worden.

Afmeten van de dosis PegIntron uit het opgeloste poeder voor injectie
Draai de injectieflacon en de spuit om met één hand. Zorg ervoor dat de punt van de naald in de opgeloste PegIntron oplossing zit. Uw andere hand is vrij om de piston te bewegen. Trek aan de hand van de piston langzaam iets meer dan de juiste dosis, zoals voorgeschreven door uw arts, op in de spuit.
Houd de spuit met de naald in de injectieflacon naar boven gericht, haal de spuit van de lange naald af zonder de naald uit de injectieflacon te halen of de bovenzijde van de spuit aan te raken. Pak de korte naald en zet die stevig vast op de bovenzijde van de spuit. Haal de beschermdop van de injectienaald af
en kijk of er geen luchtbelletjes in de spuit aanwezig zijn. Als u luchtbelletjes opmerkt, trek de piston dan voorzichtig terug; tik zachtjes op de spuit, met de naald naar boven gericht, totdat de luchtbelletjes
verdwijnen. Druk de piston langzaam terug in tot aan de juiste dosis. Plaats de beschermdop weer op de injectienaald en leg de spuit met de naald op een vlak oppervlak.
Zorg ervoor dat de oplossing op kamertemperatuur is, tot 25°C. Als de oplossing koud is, verwarm de spuit dan in uw handpalmen. Bekijk de bereide oplossing vóór de toediening: gebruik deze niet als u een verkleuring of deeltjes vaststelt. U bent nu klaar om uw dosis te injecteren.

Injecteren van de oplossing
Kies de injectieplaats. De beste injectieplaatsen zijn weefsels met een laag vet tussen huid en spier: de dij, de buitenkant van de bovenarm (u kan de hulp nodig hebben van een andere persoon om deze plaats te gebruiken), de onderbuik (behalve de navel en het middel). Als u uitzonderlijk mager bent,
gebruik dan alleen de dij of de buitenkant van de bovenarm voor de injectie.
Verander elke keer van injectieplaats.
Maak de huid schoon en ontsmet de huid op de plaats waar u zich gaat injecteren. Wacht tot uw huid weer droog is. Haal de beschermdop van de naald af. Neem met één hand een huidplooi vast. Houd met uw andere hand de spuit vast zoals een potlood. Plaats de naald in een hoek van ongeveer 45° in de huidplooi, die u vasthoudt. Na de naald geplaatst te hebben, neemt u met de hand die de huidplooi
vasthield het middenstuk van de spuit vast. Trek de piston een heel klein beetje terug met de andere hand. Als er bloed in de spuit komt, is de naald in een bloedvat geplaatst. Injecteer niet; trek de naald uit de huid en herhaal de procedure. Injecteer de oplossing door de piston langzaam helemaal naar
beneden te duwen. Trek de naald uit de huid. Druk met een klein verbandje of een steriel gaasje op de plaats van injectie, indien nodig gedurende enkele seconden. Masseer de injectieplaats niet. Als u bloedt, breng dan een
pleister aan.
De injectieflacon, de ampul en de injectiematerialen voor eenmalig gebruik moeten worden weggegooid. Gooi de spuit en de naalden veilig weg in een gesloten naaldencontainer.