Kankercellen ontstaan door middel van transformatie (= omvorming) uit gezonde cellen.
Dit verloopt als volgt:
- fase 1: inititatie: in de cel vinden één of meer veranderingen plaats in het DNA (= genetische structuur van de genen in de chromosomen): de cel wordt gevoelig voor kanker (= carcinomateus); mogelijke oorzaken: spontaan (= mutatie) of kankerverwekkende (= carcinogene) prikkels, waaronder arseen (longkanker), asbest (longkanker), alcohol (mond-/keel-/slokdarmkanker), benzeen (leukemie), nikkel (neus-/longkanker), tabak (hoofd-, hals, long-, slokdarm-, urineblaaskanker), betelnoten, virussen, straling en zonlicht
- fase 2: promotie: de gevoeligheid van geïnitieerde cellen voor kanker neemt verder toe door voortdurende carcinogene prikkeling
- fase 3: kanker: de kanker-gevoelige cellen cellen gaan zich ongecontroleerd delen en hopen zich op tot een goed- of kwaadaardig gezwel (= tumor).

NB.
Er zijn ook erfelijke DNA-afwijkingen waardoor een verhoogde kans op kanker bestaat. Voorbeeld: erfelijke afwijking van het Philadelphia-chromosoom waardoor de kans op chronische myeloïde leukemie 80% bedraagt.

Terug naar kanker