Een app waarmee chronisch zieke jongeren kunnen chatten met hun apotheker helpt hen om hun medicijnen op tijd en op de juiste manier in te nemen. Onderzoeker Richelle Kosse van de Universiteit Utrecht promoveert vandaag op therapietrouw bij tieners. “Veel jongeren zijn onverschillig over hun chronische ziekte en het gebruik van medicatie. De app heeft een aantal praktische voordelen en zorgt ervoor dat jongeren die therapie-ontrouw zijn hun medicijnen beter gaan gebruiken.”

Zelf verantwoordelijk

Op woensdag 20 februari promoveert farmaceutisch onderzoeker Richelle Kosse in Utrecht op het effect van een mobiele smartphone-applicatie die speciaal is ontwikkeld om jongeren met astma te helpen bij het goed gebruiken van hun medicijnen. “Volwassenen zijn zelf verantwoordelijk voor het innemen van medicijnen. Bij jonge kinderen zorgen hun ouders daarvoor, maar jongeren moeten leren om die verantwoordelijkheid te dragen. Daarbij kunnen ze best een beetje hulp gebruiken.”

Met jongeren in gesprek

Door met de jongeren in gesprek te gaan, verkreeg Kosse nieuwe inzichten over de houding van chronisch zieke tieners ten opzichte van hun medicijnen. Ze richtte zich onder andere op jongeren tussen de 12 en 18 jaar met eczeem, ADHD of astma. “Daaruit blijkt dat de patiënten met eczeem hun hormoontherapie gemiddeld veel langer gebruiken dan eigenlijk mag. Ze zeggen: ‘Die hormoonzalf werkt tenminste’.” Uit Kosses onderzoek naar ADHD bleek verder dat jongeren hun medicijnen vaak vergeten en vinden dat ze die in het weekend niet nodig hebben. “Daarnaast weten we nu dat veel jongeren met ADHD last hebben van bijwerkingen, zoals een slechte eetlust en slaapproblemen. Hun ouders maken zich daar vaak zorgen over, maar de jongeren zelf doen dat nauwelijks”, aldus de promovenda.

Interactieve app

De groep met astma was van alle drie nog het meest therapie-ontrouw en voor die groep ontwikkelde Richelle Kosse een smartphone-app. “Zij denken al snel: het is wel oké zo, ik voel het niet als ik een dagje mijn medicijnen niet neem”, licht de onderzoekster toe. “Maar die dagelijkse medicijnen zijn juist zo belangrijk om de chronische ontstekingen van de luchtwegen te onderdrukken. In plaats daarvan nemen de jongeren liever een pufje als ze last hebben, terwijl dat in feite noodmedicatie is.” Juist voor de astmapatiënten is dan ook de interactieve app ontwikkeld. De app heeft meerdere functies: hij bevat een vragenlijst waarmee de astmaklachten gemonitord worden, een alarm dat waarschuwt wanneer de patiënt zijn medicijnen moet innemen, instructiefilmpjes over het goed gebruik van de medicijnen en er zit een chatfunctie op om via een veilig systeem direct contact te hebben met andere jonge astmapatiënten of met de apotheker.

Chatten met de apotheker

Uit het onderzoek van Kosse blijkt dat vooral die laatste functie van de app lijkt bij te dragen aan een betere therapietrouw van de jongeren. Kosse: “Jongeren komen niet vaak in de apotheek en daarom is deze patiëntengroep lastig te bereiken voor apothekers. Daardoor doen jongeren vaak te weinig aan bijwerkingen en klachten. Via de app kunnen ze chatten met de apotheker. Die kan hen tips geven over de inname van het medicijn en op basis van hun chats de medicatie iets aanpassen.”

Bron: UU    Foto: Utrecht Universiteit