Lees deze bijsluiter zorgvuldig door voordat u start met het gebruik van dit geneesmiddel.
• Bewaar deze bijsluiter, het kan nodig zijn om deze nogmaals door te lezen.
• Heeft u nog vragen, raadpleeg dan uw arts of apotheker.
• Dit geneesmiddel is aan u persoonlijk voorgeschreven:
geef dit geneesmiddel niet door aan anderen. Dit geneesmiddel kan schadelijk voor hen zijn, zelfs als de verschijnselen dezelfde zijn als waarvoor u het geneesmiddel heeft gekregen.

Inhoud van deze bijsluiter:
1. Wat is Citalopram en waarvoor wordt het gebruikt?
2. Wat u moet weten voordat u Citalopram inneemt.
3. Hoe wordt Citalopram ingenomen?
4. Mogelijke bijwerkingen.
5. Hoe bewaart u Citalopram?

Citalopram Merck 20 mg en 40 mg, filmomhulde tabletten

• Het werkzame bestanddeel is: per filmomhulde tablet 24,98 mg citalopramhydrobromide overeenkomend met 20 mg citalopram of per filmomhulde tablet 49,96 mg citalopramhydrobromide overeenkomend met 40 mg citalopram

• Andere bestanddelen (hulpstoffen) zijn: lactose 300#, lactose monohydraat, maïszetmeel, microkristallijne cellulose (E460), povidon K30, crospovidon, magnesiumstearaat (E470b), hypromellose (E464), macrogol 4000 en titaandioxide (E1 71).

Registratiehouder:
Merck Generics B.V.,
Dieselweg 25,
3752 LB Bunschoten.

In het register ingeschreven onder:
RVG 28672 – Citalopram Merck 20 mg, filmomhulde tabletten
RVG 28673 – Citalopram Merck 40 mg, filmomhulde tabletten

1. Wat is Citalopram en waarvoor wordt het gebruikt?

Hoe dit geneesmiddel werkt
De filmomhulde tabletten bevatten citalopram, een stof die behoort tot de groep van zogenaamde SSRI’s (bepaalde groep middelen tegen neerslachtigheid; antidepressiva).

SSRI is een Engelse afkorting die staat voor: Selectieve Serotonine Heropname Remmer. SSRI’s verhogen de beschikbaarheid van serotonine (een lichaamseigen stof) in de hersenen. Hierdoor verbetert bijv. uw stemming, of worden abnormale angstgevoelens onderdrukt.

Hoe dit geneesmiddel eruit ziet en hoe het is verpakt

Citalopram Merck filmomhulde tabletten 20 mg en 40 mg zijn ovaal en wit tot bijna wit van kleur. De ene zijde is voorzien van de inscriptie 'CM', een deelstreep en de inscriptie '20' voor de 20 mg tablet, resp. ‘40’ voor de 40 mg tablet. De andere zijde draagt de inscriptie 'G'. De tabletten zijn per # stuks verpakt in blisterverpakkingen of flacons. In iedere verpakking is een folder met informatie voor de patiënt bijgevoegd.
*alleen de daadwerkelijk in de handel gebrachte verpakkingsgrootten worden hier vermeld.

Waarom u Citalopram krijgt voorgeschreven
Citalopram filmomhulde tabletten kunnen door uw arts worden voorgeschreven bij de behandeling van bepaalde vormen van ernstige neerslachtigheid (depressie), in het bijzonder wanneer deze in fasen optreedt en vooral tijdens de perioden waarin een sombere stemming of verlies van plezier in het leven het meest op de voorgrond staan.

2. Wat u moet weten voordat u Citalopram inneemt
Gebruik Citalopram niet:

• wanneer u overgevoelig bent voor citalopram of voor één van de overige bestanddelen van de tablet;

• bij gelijktijdige behandeling met zgn. monoamine-oxidase (MAO)-remmers zoals selegiline (bij de ziekte van Parkinson) of moclobemide (tegen neerslachtigheid). Citalopram mag niet gelijktijdig worden gebruikt met MAO-remmers, of binnen 2 weken na beëindiging van een behandeling met een zogenaamde irreversibele MAO-remmer. Na beëindiging van een behandeling met een zgn. reversibele MAO-remmer moet zolang gewacht worden met het starten van de citalopram behandeling als aangegeven is in de bijsluiter van deze reversibele MAO-remmer. Na stopzetten van de behandeling met Citalopram moet minstens 7 dagen gewacht worden voordat een behandeling met een MAO- remmer gestart mag worden.

Wees extra voorzichtig met Citalopram:

• Gedachten over zelfmoord en verergering van uw depressie of angststoornis.
Als u depressief bent en/of lijdt aan angststoornissen kunt u soms gedachten hebben over zelfbeschadiging of zelfmoord. Deze gedachten kunnen toenemen als u voor het eerst middelen tegen depressie (antidepressiva) gaat innemen, aangezien deze geneesmiddelen allemaal de tijd nodig hebben, in het algemeen ongeveer 2 weken of soms langer, om te gaan werken.

U heeft een meer waarschijnlijke kans dat u dit soort gedachten vertoont:
- als u al eerder gedachten heeft gehad over zelfmoord of zelfbeschadiging
- als u een jong volwassene bent. Informatie uit klinische onderzoeken heeft een toegenomen risico aangetoond op zelfmoordgedrag bij jonge volwassenen jonger dan 25 jaar oud met psychiatrische aandoeningen die behandeld werden met een antidepressivum.

Als u op enig moment gedachten over zelfbeschadiging of zelfmoord hebt, neem dan direct contact op met uw arts of ga direct naar het ziekenhuis.
Het kan helpen als u een vriend of familielid vertelt dat u zich depressief voelt of dat u lijdt aan een angststoornis, en hen vragen deze bijsluiter te lezen. U kunt hen vragen u te vertellen of zij denken dat uw depressie of angststoornis erger wordt of dat zij zich zorgen maken over veranderingen in uw gedrag.

• bij gebruik bij kinderen en adolescenten jonger dan 18 jaar
Citalopram Merck dient niet te worden gebruikt bij de behandeling van kinderen en adolescenten jonger dan 18 jaar. Patiënten jonger dan 18 jaar hebben een verhoogd risico op zelfmoordpogingen, zelfmoordgedachten en vijandigheid (voornamelijk agressie, oppositioneel gedrag en woede) als zij behandeld worden met geneesmiddelen uit deze therapeutische klasse. Ondanks dit alles kan uw arts aan patiënten jonger dan 18 jaar Citalopram Merck voorschrijven omdat dit in het belang van de patiënt is. Als uw arts Citalopram Merck heeft voorgeschreven aan een patiënt die jonger dan 18 jaar is en u wilt dit bespreken, dan wordt u verzocht contact op te nemen met uw arts. Indien bij patiënten jonger dan 18 jaar één van de hiervoor genoemde symptomen zich ontwikkelt of verslechtert bij inname van Citalopram Merck, dan wordt u verzocht uw arts hierover te informeren. Lange-termijn veiligheidsgegevens van Citalopram Merck over groei, ontwikkeling en cognitieve en gedragsontwikkeling ontbreken in deze leeftijdsgroep.

• als u tegelijkertijd middelen gebruikt, die de hoeveelheid serotonine in de hersenen vergroten, zoals sumatriptan of andere triptanen (middelen tegen migraine), tramadol, oxitropan en tryptofaan. Citalopram mag niet samen met deze middelen worden gebruikt;

• als u lijdt aan suikerziekte (diabetes mellitus); behandeling met citalopram kan de bloedsuikerspiegel doen verhogen. Zo nodig zal de dosering van het geneesmiddel tegen suikerziekte door uw arts worden bijgesteld.

• als u lijdt aan epilepsie; bij een instabiele vorm van epilepsie wordt het gebruik van citalopram afgeraden. Bij een stabiele vorm van epilepsie is nauwkeurige medische controle nodig wanneer u begint met de citalopram behandeling. Bij het optreden van epileptische aanvallen (stuipen) moet de behandeling worden stopgezet;

• als u elektroconvulsieve therapie ondergaat (ECT). Er is slechts weinig ervaring opgedaan met gelijktijdige toediening van citalopram en ECT;

• als u behandeld wordt voor de depressieve fase van een zogenaamde manisch-depressieve psychose. De depressie kan tijdens de behandeling overgaan in de manische fase (periode van overdreven opgewektheid en het hebben van veel energie). In dat geval moet de behandeling met citalopram gestaakt worden. Bespreek met uw arts waar u op moet letten en wat er het beste gedaan kan worden;

• als u lijdt aan een verhoogde bloedingsneiging of eerder bloedingen heeft gehad (bijv. hersenbloeding), of wordt behandeld met middelen die het risico op bloeding kunnen verhogen, zoals middelen die de bloedstolling tegengaan (anticoagulantia), acetylsalicylzuur, ticlopidine, dipyridamol, NSAID's (bijv. ibuprofen en naproxen). Citalopram kan de bloedstolling remmen;

• als u een ernstig verminderde nier- of leverwerking heeft (zie 'Over de dosering van Citalopram ');

• bij gelijktijdig gebruik van kruidenpreparaten die Sint-Janskruid bevatten (Zie ook ‘Gebruik van Citalopram in combinatie met andere geneesmiddelen’);

• wanneer u lijdt aan psychoses (ernstige geestesziekte waarbij de controle over het eigen gedrag en handelen gestoord is). Psychotische patiënten met depressieve klachten kunnen als gevolg van citalopram gebruik vaker in een zgn. psychose raken.

Raadpleeg uw arts indien één van de bovenstaande waarschuwingen voor u van toepassing is, of dat in het verleden is geweest.

Belangrijke informatie over enkele bestanddelen van Citalopram

Dit geneesmiddel bevat lactose. Bij gebruik van de aanbevolen startdosering van 20 mg citalopram levert elke dagdosis 52,5 mg lactose, een dagdosering van 40 mg citalopram levert 105 mg lactose. Niet geschikt bij lactase insufficiëntie (het onvermogen om lactose in het maagdarmkanaal om te zetten in glucose en galactose), galactosemie (het onvermogen om galactose om te zetten) of glucose-galactose malabsorptie syndroom (het onvermogen om glucose en galactose in het lichaam op te nemen).

Gebruik van Citalopram in combinatie met voedsel en drank

Van citalopram is niet bewezen dat het de effecten van alcohol versterkt. Toch dient het gebruik van alcohol tijdens behandeling met citalopram te worden vermeden, net zoals geldt voor andere middelen die op het centraal zenuwstelsel werken.

Zwangerschap

Over het gebruik van Citalopram tijdens de zwangerschap bij de mens bestaan onvoldoende gegevens om de mogelijke schadelijkheid te beoordelen. Citalopram dient daarom niet te worden gebruikt tijdens de zwangerschap, tenzij op uitdrukkelijk advies van uw arts. Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel inneemt.

Borstvoeding

Citalopram komt in kleine hoeveelheden in de moedermelk terecht. Citalopram dient dan ook niet te worden gegeven tijdens de periode van borstvoeding (tenzij op uitdrukkelijk advies van uw arts), of het geven van borstvoeding dient te worden gestaakt. Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel inneemt.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines

Citalopram kan het beoordelings- en reactievermogen beïnvloeden. Daarom wordt geadviseerd geen voertuig te besturen, want gebruik van Citalopram kan tot gevolg hebben dat u niet meer in staat bent veilig te rijden. Gebruik ook geen gevaarlijk gereedschap en/of bedien geen machines.

Gebruik van Citalopram in combinatie met andere geneesmiddelen

Let op: de volgende opmerkingen kunnen ook van toepassing zijn op het gebruik van geneesmiddelen enige tijd geleden of in de nabije toekomst.

Informeer uw arts of apotheker wanneer u andere geneesmiddelen gebruikt of kort geleden heeft gebruikt. Dit geldt ook voor geneesmiddelen die u zonder recept kunt verkrijgen.

Citalopram tabletten kunnen met bepaalde geneesmiddelen wisselwerkingen geven. Dit betekent dat ze elkaars (bij)werking(en) kunnen beïnvloeden.

Een wisselwerking kan onder meer optreden bij gebruik van dit middel met:
• zgn. MAO-A-remmers (bijv. moclobemide, bij neerslachtigheid) en MAO-B-remmers (bijv. selegiline bij de ziekte van Parkinson); zeer ernstige bijwerkingen kunnen optreden waaronder het zgn. serotonine syndroom ( Zie 'Wees extra voorzichtig met Citalopram '). Deze combinatie wordt afgeraden, tenzij op advies van uw arts. (Zie ook 'Gebruik Citalopram niet:');

• bepaalde middelen bij migraine (triptanen, bijv. sumatriptan, rizatriptan en zolmitriptan),of middelen als tramadol, oxitropan en tryptofaan; citalopram kan de werking van deze middelen versterken;

• bloedverdunners (anticoagulantia) waaronder ook middelen als acetylsalicylzuur, dipyridamol en ticlopidine
en andere geneesmiddelen zoals atypische antipsychotica, fenothiazines en tricyclische antidepressiva; de kans op bloedingen kan zijn toegenomen (zie 'Wees extra voorzichtig met Citalopram :');

• St. Janskruid (Hypericum perforatum) bevattende preparaten (zonder recept te verkrijgen in drogist en apotheek). Er kunnen bij gelijktijdig gebruik van Sint-Janskruid vaker bijwerkingen van citalopram optreden. Deze kruidenpreparaten dient u niet gelijktijdig te gebruiken met citalopram;

• metoprolol (middel tegen o.a. verhoogde bloeddruk);

• cimetidine (middel tegen maagzweren); de afbraak van citalopram in de lever kan worden verminderd. Wees voorzichtig bij gelijktijdig gebruik van hoge doseringen citalopram en hoge doseringen cimetidine;

• lithium (middel tegen manisch-depressieve stoornis) en tryptofaan; er kunnen hierdoor meer bijwerkingen optreden;

• desipramine (middel tegen depressie); een lagere dosering van desipramine kan nodig zijn. In deze rubriek worden geneesmiddelen aangeduid met de naam van de werkzame stof of de groep waartoe de stof behoort. Veelal kent u een geneesmiddel bijv. bij de merknaam. Raadpleeg daarom de verpakking of de bijsluiter van een door u gebruikt geneesmiddel om vast te stelen welke stoffen daarin voorkomen of vraag advies aan uw arts of apotheker.

3. Hoe wordt Citalopram Merck 20 mg en 40 mg ingenomen?

Over de dosering van Citalopram
Uw arts zal een persoonlijke, aan uw klachten aangepaste, dosering voorschrijven. Volg de aanwijzingen van de arts nauwgezet op.

Een richtlijn voor de algemene dosering is als volgt:

Volwassenen
De aanvangsdosering is 20 mg per dag. Indien nodig kan de dosering door uw arts verhoogd worden tot 40 mg per dag. De maximale dosering is 60 mg per dag.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Citalopram Merck dient niet te worden gebruikt bij de behandeling van kinderen en adolescenten jonger dan 18 jaar (zie “Wees extra voorzichtig met Citalopram Merck”).

Oudere patiënten (>65 jaar)
De aanbevolen dosering is 10 tot 20 mg per dag. Zonodig kan uw arts de dosering verhogen.

Patiënten met een verminderde nierwerking

Bij een licht tot matig verminderde nierwerking hoeft de dosering niet aangepast te worden (zie ‘Volwassenen’).

Patiënten met een verminderde leverwerking

De aanvangsdosering is 10 mg per dag. Zonodig kan uw arts de dosering verhogen tot maximaal 30 mg per dag. Volg bovenstaande instructies op, tenzij uw arts u een ander advies heeft gegeven.

In geval u bemerkt dat Citalopram te sterk of juist te weinig werkt, raadpleeg dan uw arts of apotheker.

Wanneer en hoe u de tabletten moet innemen

Denk eraan uw medicijn in te nemen. Inname van uw tabletten elke dag op hetzelfde tijdstip geeft het beste effect. Het helpt u bovendien te herinneren wanneer u de tabletten moet innemen.

U dient Citalopram in de ochtend of in de avond als éénmalige dosis in te nemen, tijdens of buiten de maaltijd. Neem een tablet in door deze achter op de tong te plaatsen en vervolgens door te slikken met voldoende vloeistof (bijvoorbeeld een glas water). U mag de tabletten niet kauwen.



Wat u moet doen wanneer u te veel van Citalopram heeft ingenomen

Wanneer u te veel heeft ingenomen, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts of apotheker.
Bij overdoseringen tot 2000 mg citalopram zijn de volgende bijwerkingen waargenomen: slaperigheid, coma, onbeweeglijkheid van het lichaam (zgn. stupor), epileptische aanvallen, versnelde hartslag, transpireren, misselijkheid, braken, blauwe verkleuring van de lippen, tong, huid en slijmvliezen door een tekort aan zuurstof in het bloed (cyanose), hyperventilatie en zelden veranderingen in het ECG (hartfilmpje).

Wat u moet doen wanneer u bent vergeten Citalopram in te nemen

Neem de dosis alsnog in, als het nog geen tijd is voor de volgende dosis. Neem nooit een dubbele dosis van Citalopram om zo de vergeten dosis in te halen.

Effecten die u kunt verwachten wanneer de behandeling met Citalopram wordt gestopt

Uw arts zal u vertellen hoelang u Citalopram moet gebruiken. Uw arts zal u voor een voldoende lange tijd behandelen om er zeker van te zijn dat u klachtenvrij bent. Het stoppen van de behandeling dient altijd onder toezicht van uw arts te gebeuren. Hij/zij zal de dosering langzaam verminderen. Wanneer u plotseling stopt, kunt u last krijgen van verschijnselen, zoals duizeligheid, slaapstoornissen, onrust, zweten en hoofdpijn. Raadpleeg altijd uw arts als u wilt stoppen met het gebruik.

4. Mogelijke bijwerkingen

Zoals alle geneesmiddelen kan Citalopram bijwerkingen veroorzaken.

Bijwerkingen kunnen:
• zeer vaak voorkomen (bij meer dan 1 op de 10 patiënten);
• vaak voorkomen (bij meer dan 1 op de 100, maar bij minder dan 1 op de 10 patiënten);
• soms voorkomen (bij meer dan 1 op de 1000, maar bij minder dan 1 op de 100 patiënten);
• zelden voorkomen (bij meer dan 1 op de 10.000, maar bij minder dan 1 op de 1000 patiënten);
• zeer zelden voorkomen (bij minder dan 1 op de 10.000 patiënten).
Omdat depressieve patiënten een aantal klachten kunnen hebben die lijken op de bijwerkingen van antidepressiva, is het vaak moeilijk vast te stellen of de verschijnselen een gevolg zijn van de depressie, of veroorzaakt worden door het geneesmiddel waarmee de depressie behandeld wordt.

De volgende bijwerkingen kunnen onder meer voorkomen:

Psychische bijwerkingen:
• Zeer vaak slaperigheid of juist slapeloosheid, opwinding, onrust, zenuwachtigheid. Met name in het begin van de behandeling kunt u last krijgen van slapeloosheid en opwinding. Om deze klachten te verminderen kan uw arts starten met een lage dosering en deze langzaam ophogen tot de effectieve dosering bereikt is (dosistitratie);

• Vaak vermoeidheid, gapen, slaapstoornissen, concentratiestoornissen, abnormale dromen, geheugenverlies, angst, verminderd libido, toegenomen eetlust of gebrek aan eetlust, lusteloosheid, impotentie, pogingen tot zelfdoding, verwardheid;

• Soms een overdreven gevoel van welbehagen (euforie), toegenomen libido;

• Zelden het waarnemen van verschijnselen die er niet zijn (hallucinaties), overdreven opgewektheid gepaard gaande met het hebben van veel energie (manie), vervreemding van zichzelf of van het eigen gevoel (depersonalisatie), paniekaanvallen. Deze verschijnselen kunnen mogelijk het gevolg zijn van de depressie;

• Er zijn meldingen van mensen die gedachten hebben over of gedrag vertonen met zelfbeschadiging of zelfmoordneigingen tijdens gebruik van Citalopram of vlak na behandeling met Citalopram (zie rubriek 2 “Wees extra voorzichtig met Citalopram”).

Bijwerkingen op het zenuwstelsel:
• Zeer vaak hoofdpijn, beven, duizeligheid;
• Vaak migraine, het waarnemen van kriebelingen, jeuk of tintelingen zonder dat daarvoor aanleiding is (paresthesieën);
• Soms bewegingsstoornissen (bijv. beven), stuipen (convulsies).

Bijwerkingen op het hart en bloedvaten:
• Zeer vaak hartkloppingen;
• Vaak versnelde hartslag, bloeddrukdaling door bijvoorbeeld snel opstaan uit een zittende of liggende houding soms gepaard gaande met duizeligheid (orthostatische hypotensie);
• Soms vertraagde hartslag;
• Zeer zelden hartritmestoornissen.

Bijwerkingen op het maag -/darmkanaal:
• Zeer vaak misselijkheid, verstopping of diarree, droge mond;
• Vaak gestoorde spijsvertering met als verschijnselen vol gevoel in de bovenbuik, pijn in de maagstreek, boeren, misselijkheid, braken en zuurbranden (dyspepsie), buikpijn, winderigheid, verhoogde speekselafscheiding.

Bijwerkingen op de nieren en urinewegen:
• Vaak moeilijkheden bij het plassen (mictiestoornissen), veel plassen (polyurie).

Bijwerkingen op de stofwisseling:
• Vaak gewichtsafname of gewichtstoename.

Bijwerkingen op het ademhalingsstelsel:
• Vaak ontsteking van het neusslijmvlies en/of de neus(bij)holtes gekenmerkt door een verstopte neus, niezen en afscheiding;
• Soms hoesten.

Bijwerkingen op de geslachtsorganen:
• Vaak verstoorde zaadlozing bij de man, uitblijven van orgasme bij de vrouw, pijnlijk verloop van de menstruatie met als verschijnselen heftige pijn in de onderbuik en rug, soms gepaard gaande met braken en hoofdpijn (dysmenorroe);
• Zeer zelden melkafscheiding (galactorroe).

Bijwerkingen op de huid:
• Zeer vaak toegenomen transpiratie;
• Vaak huiduitslag, jeuk;
• Soms overgevoeligheid voor licht of zonlicht.

Bijwerkingen op de zintuigen:
• Zeer vaak moeite met scherp zien (accommodatiestoornissen);
• Vaak stoornissen in het zien (visusstoornissen), afwijkingen in de smaakbeleving;
• Soms oorsuizen.


Bijwerkingen op de spieren:
• Zeer vaak krachteloosheid van de spieren (asthenie);
• Soms spierpijn, zeer zelden gewrichtspijn.

Overige bijwerkingen:
• Soms allergische reacties, plotseling optredende bewusteloosheid die enkele seconden tot meerdere uren kan duren, soms voorafgegaan door duizeligheid, transpiratie, misselijkheid en shock (syncope), malaise;

• Zelden bloedingen, zoals vaginale- en maagdarmbloedingen, blauwe plekken zonder dat daar een uitwendige oorzaak voor is (ecchymose);

• Zelden te weinig natrium (zout) in het bloed (hyponatriëmie) en vochtophoping (o.a. dikke enkels) als gevolg van het SIADH-syndroom (waterretentie en hyponatriëmie als gevolg van een continue afgifte van antidiuretisch hormoon), deze bijwerking komt voornamelijk voor bij oudere patiënten. Raadpleeg in dit geval uw arts, de behandeling met citalopram zal waarschijnlijk worden stop gezet waarna de verschijnselen zullen verdwijnen;

• In zeldzame gevallen kan door gebruik van citalopram het zgn. serotoninesyndroom optreden. Het serotoninesyndroom is een zeer ernstig ziekteverschijnsel dat wordt veroorzaakt door te veel serotonine in de hersenen. Verschijnselen van dit syndroom zijn o.a. opwinding en rusteloosheid, trillen, diarree, plotselinge spiersamentrekkingen (myoclonus), koorts, verwarring, prikkelbaarheid en extremen opwinding welke kan overgaan in een zgn. delirium en kan leiden tot coma. Stop in dit geval de behandeling en raadpleeg onmiddellijk uw arts.

De volgende bijwerkingen komen zeer zelden voor maar zijn wel ernstig van aard. Indien één van de volgende bijwerkingen optreedt, stop dan direct met het gebruik van Citalopram en neem onmiddellijk contact op met uw arts:

• angioneurotisch oedeem, te herkennen aan het plaatselijk en snel optreden van zwelling van onder meer het gelaat, rondom de mond, de lippen, de kin, de tong en het strottenhoofd, die kan leiden tot zeer ernstige ademnood;

• anafylactische reacties, die kunnen optreden ten gevolge van ernstige overgevoeligheid, gepaard gaande met plotselinge sterke vaatverwijding. Te herkennen aan sterke daling van de bloeddruk, met bleekheid, onrust, zwakke snelle pols, klamme huid en verminderd bewustzijn.

In geval er bij u een bijwerking optreedt die niet in deze bijsluiter is vermeld of die u als ernstig ervaart, informeer dan uw arts of apotheker.

5. Hoe bewaart u Citalopram Merck 20 mg en 40 mg?

Citalopram buiten bereik en zicht van kinderen houden!

Er is geen speciale bewaartemperatuur.
Uiterste gebruiksdatum
Gebruik Citalopram niet meer na de datum op de verpakking achter "niet te gebruiken na" of "exp.".

Deze bijsluiter is voor het laatst herzien/goedgekeurd in:Maart 2008