BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER

Exogran® 0,5 g, poeder voor oplossing voor injectie
Exogran® 1 g, poeder voor oplossing voor injectie/infusie
Exogran® 2 g, poeder voor oplossing voor injectie/infusie ceftriaxon

Lees de hele bijsluiter zorgvuldig door voordat u start met het gebruik van dit geneesmiddel.
• Bewaar deze bijsluiter. Het kan nodig zijn om deze nogmaals door te lezen.
• Heeft u nog vragen, raadpleeg dan uw arts of apotheker.
• Dit geneesmiddel is aan u persoonlijk voorgeschreven. Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen. Dit geneesmiddel kan schadelijk voor hen zijn, zelfs als de verschijnselen dezelfde zijn als waarvoor u het geneesmiddel heeft gekregen.
• Wanneer één van de bijwerkingen ernstig wordt of als er bij u een bijwerking optreedt die niet in deze bijsluiter is vermeld, raadpleeg dan uw arts of apotheker.

In deze bijsluiter
1. Wat is Exogran en waarvoor wordt het gebruikt?
2. Wat u moet weten voordat u Exogran gebruikt.
3. Hoe wordt Exogran gebruikt?
4. Mogelijke bijwerkingen.
5. Hoe bewaart u Exogran?
6. Aanvullende informatie.

1. WAT IS EXOGRAN EN WAARVOOR WORDT HET GEBRUIKT?

Exogran is een antibioticum. Het behoort tot een groep antibiotica die cefalosporines genoemd worden. Deze antibiotica lijken op penicilline.

Ceftriaxon doodt bacteriën.
Net als andere antibiotica werkt ceftriaxon alleen maar tegen bepaalde soorten bacteriën. Het is daarom alleen maar geschikt voor de behandeling van sommige infecties

Exogran wordt gebruikt bij de behandeling van:
- hersenvliesontsteking (meningitis);
- maaginfecties. Exogran moet gecombineerd worden met een ander antibioticum, dat zogenoemde anaërobe bacteriën doodt;
- infecties in de botten of gewrichten;
- longontsteking (pneumonie);
- infecties van de huid en weke delen;
- late uitingen van de ziekte van Lyme (ziekte overgebracht door de beet van een teek);
- gonorroe (een seksueel overdraagbare aandoening).
Exogran kan ook gebruikt worden om infecties te helpen voorkomen na een operatie bij patiënten die risico lopen op een ernstige infectie na operaties aan de urinewegen, het maagdarmkanaal of het hart. Afhankelijk van hoe de operatie is uitgevoerd, kan ceftriaxon samen met een ander antibioticum gebruikt worden.

2. WAT U MOET WETEN VOORDAT U EXOGRAN GEBRUIKT.
Gebruik Exogran niet:

- als u allergisch (overgevoelig) bent voor ceftriaxon;
- als u allergisch (overgevoelig) bent voor andere antibiotica uit de cefalosporinen-groep;
- als u ooit een ernstige overgevoeligheidsreactie heeft gehad op een penicilline of een ander antibioticum uit de bèta-lactam groep; het zou kunnen zijn dat u ook allergisch bent voor ceftriaxon
- bij pasgeboren baby’s met geelzucht (gele verkleuring van de huid of ogen) of te vroeg geboren baby’s; Het gebruik van ceftriaxon kan complicaties veroorzaken mogelijk met hersenbeschadigingen.

Wees extra voorzichtig met Exogran

- als u ooit last heeft gehad van allergische reacties of van astma. Mensen met allergie hebben een grotere kans om ook een reactie op ceftriaxon te krijgen.

- als ceftriaxon wordt voorgeschreven aan een te vroeg geboren baby, mag de dosering niet meer zijn dan 50 mg per kg lichaamsgewicht per dag. Dit omdat het enzymsysteem van de baby nog niet volledig ontwikkeld is.

- als u ceftriaxon langdurig toegediend krijgt. De behandelend arts moet uw bloed regelmatig controleren.

- tijdens gebruik van ceftriaxon kunt u last krijgen van een tekort aan
vitamine K.

- als u ceftriaxon langdurig toegediend krijgt. Infecties door voor ceftriaxon ongevoelige micro-organismen (bacteriën) kunnen ontstaan. Dit zal de arts nauwlettend controleren en zo nodig zal een behandeling ingesteld worden.

- Als uw galblaas onderzocht wordt door middel van een echo, is het mogelijk dat er “schaduwen” op de echo worden gezien die op galstenen lijken. Dit kan, vooral bij hoge doseringen, neerslag van calciumceftriaxon zijn. Deze neerslag verdwijnt normaliter weer na beëindiging van de behandeling met Exogran.

- als u heftige pijn in de bovenbuik krijgt. Dit kan veroorzaakt worden door een ontsteking van de alvleesklier (pancreas).

- als u hoge doses (meer dan 1 gram, of omgerekend meer dan 50 mg per kg lichaamsgewicht) intraveneus (in een ader) toegediend krijgt, moet dat langzaam (gedurende 30 minuten of langer) gebeuren.

- als u ernstige aanhoudende (bloederige) diarree krijgt. Er kan sprake zijn van een ontsteking van de dikke darm door het gebruik van ceftriaxon. In dit geval moet het gebruik van ceftriaxon direct worden gestaakt.

- als u kortgeleden last heeft gehad van een maagdarmziekte, zoals een ontsteking van de dikke darm (colitis). Ceftriaxon moet met voorzichtigheid gebruikt worden.

- Als u meer dan 1 gram ceftriaxon intramusculair (in een spier) toegediend krijgt, dient deze dosis verdeeld en op meer dan 1 plaats toegediend te worden.
Bij intramusculaire toediening, moet eerst worden vastgesteld of er een reden is waarom lidocaïne (een lokaal anaestheticum) niet gebruikt kan worden.

Ceftriaxon met lidocaïne mag nooit gebruikt worden bij:
• intraveneuze toediening
• kinderen jonger dan 30 maanden
• patiënten met een onbehandeld hartblok
• patiënten met ernstig hartfalen (onvoldoende pompkracht van het hart).

Gebruik met andere geneesmiddelen

Vertel uw arts of apotheker als u andere geneesmiddelen gebruikt of kort geleden heeft gebruikt. Dit geldt ook voor geneesmiddelen die u zonder voorschrift kunt krijgen.


Vertel het uw arts of apotheker vooral als u:

- andere antibiotica gebruikt voor de behandeling van infecties, zoals antibiotica die de groei van bacteriën remmen.

- “de pil” gebruikt; Het verdient de aanbeveling om andere, niet-hormonale anticonceptie (bijv. condoom) te gebruiken tot een maand na het einde van de behandeling.

- probenicide (1-2 gram per dag) gebruikt;

- suikerziekte (diabetes) heeft. Vertel uw arts dat u suikerziekte heeft en gewoonlijk een urinetest doet voor suiker. Ceftriaxon kan de resultaten van (niet-enzymatische) urinetesten veranderen. Daarom moeten mogelijk andere methoden gebruikt worden om uw diabetes te monitoren tijdens de behandeling met dit geneesmiddel;

- een bloedtest moet ondergaan. Dit geneesmiddel kan de resultaten van bepaalde bloedtesten veranderen (zoals de Coombs test). Als u een bloedtest moet ondergaan, is het belangrijk dat u de arts verteld dat u behandeld wordt met ceftriaxon.

Zwangerschap en borstvoeding

Bent u zwanger of denkt u dat u in verwachting bent? Hoewel niet bekend is dat dit geneesmiddel schadelijk is voor het ongeboren kind, wordt het alleen aan zwangere vrouwen gegeven indien er geen alternatief beschikbaar is.

Geeft u borstvoeding?

Ceftriaxon wordt in lage concentraties uitgescheiden in de moedermelk en dus ook in de baby daarom wordt het gebruik van dit geneesmiddel afgeraden bij vrouwen die borstvoeding geven.

Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u Exogran gebruikt.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines

U kunt duizelig worden bij gebruik van dit geneesmiddel. Vermijd autorijden of het bedienen van machines als u hier last van krijgt.

Belangrijke informatie over enkele bestanddelen van Exogran

Dit geneesmiddel bevat 42 mg (0,5g), 83 mg (1g) of 166 mg (2g) natrium per injectieflacon. Voorzichtigheid is geboden bij patiënten met een gecontroleerd natrium dieet volgen.

3. HOE WORDT EXOGRAN GEBRUIKT?

Volg bij het gebruik van Exogran nauwgezet het advies van uw arts.

Raadpleeg bij twijfel uw arts of apotheker.

Dosering
De dosering die uw arts voorschrijft is afhankelijk van het type infectie en de ernst van de infectie is. De dosering is ook afhankelijk van uw gewicht en de werking van uw nieren. Uw arts zal u dit uitleggen.

De gebruikelijke dosering is:

Volwassenen en kinderen ouder dan 12 jaar met een lichaamsgewicht vanaf 50 kg
• éénmaal daags 1 tot 2 gram ceftriaxon.
• Bij ernstige infecties kan de dosering worden verhoogd naar 4 gram, toegediend in een ader.

Ouderen
De gebruikelijke dosering voor volwassenen hoeft niet aangepast te worden als de nier- en leverfunctie goed zijn.

Pasgeboren baby’s tot 14 dagen
• éénmaal daags 20 tot 50 mg ceftriaxon per kg lichaamsgewicht toegediend in een ader.
• Zelfs bij ernstige infecties mag de dosis mag niet hoger dan 50 mg ceftriaxon per kg lichaamsgewicht zijn.

Kinderen vanaf 15 dagen tot 12 jaar (die minder dan 50 kg wegen)
• éénmaal daags 20 tot 80 mg ceftriaxon per kg lichaamsgewicht toegediend in een ader.
• Zelfs bij ernstige infecties mag de dosis niet hoger dan 80 mg ceftriaxon per kg lichaamsgewicht zijn behalve in het geval van hersenvliesontsteking.

Speciale doseringen

• Hersenvliesontsteking
De startdosering is 100 mg per kg lichaamsgewicht 1 maal per dag (maar nooit meer dan 4 gram per dag).
Voor pasgeborenen (tot 14 dagen) mag de maximale dosering niet hoger dan 50 mg per kg lichaamsgewicht zijn.
De dosering kan worden aangepast zodra de aard en de gevoeligheid van de bacteriën die de hersenvliesontsteking (meningitis) veroorzaakt heeft zijn vastgesteld.

De duur van de behandeling is normaal gesproken 1 tot 2 weken.

• Voor een operatie
De gebruikelijke dagdosering wordt 30 tot 90 minuten voor de operatie gegeven. Normaal gesproken wordt er maar 1 dosis gegeven. Afhankelijk van de soort operatie kan ceftriaxon gecombineerd worden met een ander antibioticum.

• Ziekte van Lyme fase II en III (ziekte overgebracht door de beet van een teek)
Voor volwassenen en kinderen ouder dan 12 jaar met een lichaamsgewicht van 50 kg of meer is de dosering 50 mg per kg lichaamsgewicht, met een maximum van 2 g, 1x per dag gedurende 14 dagen.
Bij kinderen jonger dan 12 jaar met een lichaamsgewicht tot 50 kg is de dosering éénmaal daags 50 tot 100 mg per kg lichaamsgewicht, met een maximum van 2 gram, éénmaal daags gedurende 14 dagen.

• Gonorroe
Bij volwassenen en kinderen ouder dan 12 jaar met een lichaamsgewicht vanaf 50 kg is de dosering één enkele dosis van 250 mg ceftriaxon via intramusculaire toediening.

• Patiënten met nierproblemen
De dosering hoeft niet aangepast worden, indien de leverfunctie normaal is. Indien de conditie van de nieren erg slecht is, mag de dosering van ceftriaxon bij volwassen patiënten niet meer zijn dan 2g per dag.

• Patiënten met leverproblemen:
De dosering hoeft niet aangepast te worden, tenzij de patiënt nierproblemen heeft.

• Patiënten met ernstige nier- en leverproblemen
De concentratie ceftriaxon in het bloed moet regelmatig worden gecontroleerd en de dosering moet hier eventueel op worden aangepast.

• Patiënten die dialyseren
De arts zal testen uitvoeren om te controleren of u de juiste dosering krijgt.

Duur van de behandeling
.De behandeling moet ten minste 3 dagen, nadat u koortsvrij bent, worden voortgezet.

Wijze van gebruik
Exogran wordt gegeven door een arts of verpleegkundige.
* als een langzame injectie in een ader of een diepe injectie in een grote spier
* één keer per dag.

Bij kinderen onder de 2 jaar, zwangere vrouwen of vrouwen die borstvoeding geeft, moet ceftriaxon langzaam geïnjecteerd worden in een ader.
Wat u moet doen als u meer van Exogran heeft toegediend gekregen dan zou mogen Wanneer u te veel van Exogran heeft gebruikt, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts of apotheker. Neem het geneesmiddel mee in het doosje, zodat het medisch personeel precies weet wat toegediend is. U kunt last krijgen van toevallen/stuipen (convulsies). Ook kunt u last krijgen van uw maag of uw darmen.

Als u stopt met het gebruik van Exogran

Het is van groot belang dat u de hele voorgeschreven kuur afmaakt. Als u zich tijdens de kuur goed gaat voelen, moet u gewoon doorgaan met de kuur. Als de behandeling te vroeg gestopt wordt, is de kans groot dat de infectie terug komt. Als u zich niet goed voelt aan het eind van de kuur, of u gaat zich slechter voelen tijdens de behandeling, moet u contact opnemen met uw behandelend arts.

Als u nog vragen heeft over het gebruik van dit product, vraag dan uw arts of apotheker.

4. MOGELIJKE BIJWERKINGEN.

Zoals alle geneesmiddelen kan Exogran bijwerkingen veroorzaken, hoewel niet iedereen deze bijwerkingen krijgt.

Ernstige bijwerkingen
Als bij u één van onderstaande bijwerkingen optreedt, stop dan met het innemen van dit geneesmiddel en neem direct contact op met uw arts of ga direct naar de eerste- hulpafdeling van het dichtstbijzijnde ziekenhuis.

De volgende bijwerkingen komen zelden voor (bij minder dan 1 op de 1.000 mensen) Allergische reacties zoals:
• plotselinge kortademigheid en benauwdheid op de borst
• opgezwollen oogleden, gezicht of lippen.
• ernstige huiduitslag met blaasjes welke zich uitbreidden naar ogen, mond, keel en geslachtsdelen.
• bewustzijn verliezen (flauwvallen)
• ernstige buikpijn (veroorzaakt door ontsteking van de alvleesklier); dit kan samen gaan met misselijkheid en overgeven.

De volgende bijwerkingen komen zeer zelden voor (bij minder dan 1 op de 10.000 mensen):
• Ernstige diarree,die lang aanhoudt of bloed bevat, met buikpijn en koorts. Dit kan een teken zijn van een ernstige darmontsteking (pseudomembraneuze colitis) welke voor kan komen na gebruik van antibiotica.

Andere bijwerkingen:

Vaak voorkomende bijwerkingen (betreffen minder dan 1 op de 10 gebruikers)
diarree, misselijkheid, braken, ontsteking van het mondslijmvlies (stomatitis), ontsteking van de tong (glossitis).

Soms voorkomende bijwerkingen (betreffen minder dan 1 op de 100 gebruikers) huiduitslag, allergische huidontsteking, vochtophopingen in de huid met voorbijgaande huiduitslag (rash oedeem), huiduitslag met rode (vochtige) onregelmatige vlekken (erythema multiforme).

Zelden voorkomende bijwerkingen (betreffen minder dan 1 op de 1.000 gebruikers)
• schimmelinfectie aan de geslachtsorganen.
• te kort aan bepaalde cellen in het bloed (verschijnselen kunnen zijn: vermoeidheid, nieuwe infecties, en het snel oplopen van blauwe plekken of bloedingen), toename van bepaalde witte bloedlichaampjes (eosinofielen), vermindering in het aantal kleine cellen die nodig zijn voor het stollen van bloed.
• hoofdpijn, duizeligheid
• vorming van neerslag in de galblaas door ceftriaxoncalcium zout, dit verdwijnt gewoonlijk aan het eind van de behandeling.
• verhoging van bepaalde leverenzymen
• verminderde urine-uitscheiding (oligurie), verhoging van serumcreatinine (nierfunctietest)
• toediening in een ader kan aderontsteking veroorzaken. Intramusculaire injectie zonder toevoeging van lidocaïne kan pijnlijk zijn.

Zeer zelden voorkomende bijwerkingen:(betreffen minder dan 1 op de 10.000 mensen).
• Bloedstollingsproblemen, ernstige bloedafwijking (tekort aan witte bloedcellen) gepaard gaande met plotesling hoge koorts, ernstige keelpijn en zweren in de mond (agranulocytose).
• Nierstenen bij kinderen, bloed in de urine
Glucose in de urine kan voorkomen.

Wanneer één van de bijwerkingen ernstig wordt of als er bij u een bijwerking optreedt die niet in deze bijsluiter is vermeld, raadpleeg dan uw arts of apotheker.

5. HOE BEWAART U EXOGRAN?

De oplossing dient na bereiding direct gebruikt worden.
Alleen heldere oplossingen mogen worden gebruikt.
De inhoud van de injectieflacon moet na openen direct gebruikt worden. Ongebruikte injectie of infusievloeistof moet weggegooid worden.
Bewaring: Bewaar de injectieflacon in de buitenverpakking.

Kinderen: Buiten het bereik en zicht van kinderen houden.

Vervaldatum: Gebruik Exogran niet meer na de vervaldatum die op de verpakking vermeld staat. De vervaldatum verwijst naar de laatste dag van de maand.
Afval: Geneesmiddelen dienen niet weggegooid worden via het afvalwater of huishoudelijk afval. Vraag uw apotheker wat te doen met medicijnen die niet meer nodig zijn. Deze maatregelen zullen helpen bij het beschermen van het milieu.

6. AANVULLENDE INFORMATIE.

Wat bevat Exogran

Het werkzame bestanddeel is: ceftriaxon dinatrium-3,5-hydraat.
Elke 0,5g injectieflacon bevat 0,5g ceftriaxon (als dinatrium 3,5 hydraat) Elke 1,0g injectieflacon bevat 1,0g ceftriaxon (als dinatrium 3,5 hydraat) Elke 2,0g injectieflacon bevat 2,0g ceftriaxon (als dinatrium 3,5 hydraat)

Er zijn geen andere bestanddelen.

Hoe ziet Exogran er uit en wat is de inhoud van de verpakking Exogran 0,5 g:

poeder voor oplossing voor injectie
Exogran 1,0 g: poeder voor oplossing voor injectie/infusie Exogran 2,0 g: poeder voor oplossing voor injectie/infusie
Exogran is een wit tot geelachtig kristallijne poeder. De kant en klare oplossingen zijn lichtgeel tot amberkleurig van kleur. Gebruik Exogran niet als de oplossing niet helder is.
Exogran is verkrijgbaar in (ziekenhuis)verpakkingen van 1, 5x1, 10x1, 10, 25, 50 of 100 injectieflacons.
Niet alle verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.

Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Sandoz GmbH
Biochemiestrape 10 6250 Kundl
Oostenrijk

Exogran is in het register ingeschreven onder respectievelijk:
RVG 26052, poeder voor oplossing voor injectie.
RVG 26053, poeder voor oplossing voor injectie/infusie.
RVG 26054, poeder voor oplossing voor injectie/infusie.

Dit geneesmiddel is geregistreerd in lidstaten van de EEA onder de volgende namen:
Oostenrijk: Exogran 1 g trockenstechampulle
Exogran 2 g trockenstechampulle
België: Exogran 1 g
Exogran 2 g
Griekenland: Ceftriaxone/Sandoz, 1,0 g
Ceftriaxone/Sandoz 2,0 g
Nederland: Exogran 0.5 g, poeder voor oplossing voor injectie
Exogran 1 g, poeder voor oplossing voor injectie/infusie Exogran 2 g, poeder voor oplossing voor injectie/infusie
Portugal: Ceftriaxona normal 0,5 g pó para solucáo injectàvel
Ceftriaxona normal 1 g pó para solucáo injectàvel/perfusáo Ceftriaxona normal 2 g pó para solucáo injectàvel/perfusáo

Deze bijsluiter is voor de laatste keer goedgekeurd in oktober 2008

Sandoz en het beeldelement zijn geregistreerde handelsmerken van Novartis.
De volgende informatie is alleen bestemd voor artsen of andere beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg:

Wijze en methode van toediening van Exogran, poeder voor oplossing voor injectie/infusie.

Exogran moet geïnjecteerd worden in een ader (intraveneuze toediening); maar het is ook mogelijk om de vloeistof te injecteren in een spier (intramusculaire toediening). Ceftriaxon mag niet worden gemengd in een spuit die een ander geneesmiddel bevat met uitzondering van 1 % lidocaïnehydrochloride oplossing (alleen voor intramusculair gebruik).
Intramusculaire toediening:

Behandeling via een injectie in de spier is alleen toegestaan in bijzondere gevallen en na een zorgvuldige afweging van risico en voordeel. Zie ook rubriek 2 “Wat u moet weten voordat u Exogran gebruikt”.
Exogran 1 g dient te worden opgelost in 3,5 ml en Exogran 2 g in 7,0 ml van een 1 % lidocaïnehydrochloride oplossing.
De oplossing dient te worden toegediend middels een diepe intramusculaire injectie. Doseringen groter dan 1 g dienen te worden verdeeld en geïnjecteerd op meer dan 1 plaats. Lidocaïne oplossingen mogen niet intraveneus worden toegediend.
(let aub op de informatie die de fabrikant geeft ten aanzien van de risico’ s van lidocaïne hydrochloride in de relevante productinformatie van de gebruikte lidocaïne-oplosssing)

Intraveneuze injectie:
Exogran 0,5 g dient te worden opgelost in 5 ml en Exogran 1 g in 10 ml water voor injectie. De injectie dient te worden toegediend gedurende tenminste 2 – 4 minuten, direct in een ader of via een lijn van een intraveneus infuus.

Intraveneuze infusie
1 tot 2 g Exogran dient te worden opgelost in 20 tot 40 ml van één van de volgende calciumvrije infuusvloeistoffen:
• natriumchloride 0,9%,
• natriumchloride 0,45% en glucose 2,5%,
• glucose 5% of 10%,
• dextran 6% in glucose 5%,
• hydroxyethylzetmeel 6-10% infusies.

Zie ook de informatie over mengbaarheid hieronder.
De infusie dient te worden toegediend gedurende ten minste 30 minuten.

Na reconstitutie voor intramusculaire of intraveneuze injectie, zal het witte tot geel-oranje kristalachtige poeder oplossen tot een lichtgele tot amberkleurige oplossing. Gereconstitueerde oplossingen dienen visueel te worden geïnspecteerd. Alleen heldere oplossingen vrij van zichtbare deeltjes mogen worden gebruikt. Het gereconstitueerde product is voor éénmalig gebruik en ongebruikte oplossing dient te worden vernietigd.

Mengbaarheid
In principe moeten ceftriaxon oplossingen altijd gescheiden toegediend worden van andere infusie oplossingen.

Exogran mag nooit gemengd worden met de volgende oplossingen:
- oplossingen die calcium bevatten, zoals Hartmann’s en Ringer’s oplossing
- Calcium bevattende oplossingen of producten mogen niet toegediend worden binnen 48 uur na de toediening van ceftriaxon.
- Aminoglycosiden (wanneer deze gelijktijdig gegeven worden, moeten deze apart gegeven worden).
- Exogran mag niet in dezelfde spuit gegeven worden als andere antibiotica of andere bactericide middelen.
Een chemische intolerantie van ceftriaxon met amsacrine (anti tumormiddel), vancomycine (antibioticum) en fluconazol (antischimmelmiddel) is gemeld.