VIVIDRIN®, oogdruppels 20 mg/ml

Fabrikant: Dr. Gerhard Mann GmbH, Berlijn, Duitsland
Registratiehouder: Tramedico B.V., Weesp

PATIËNTENBIJSLUITER
Lees deze bijsluiter steeds vóór gebruik van dit geneesmiddel: ook als u al eerder VIVIDRIN®, oogdruppels hebt gebruikt. De informatie in deze bijsluiter kan door nieuwe bevindingen of veranderde inzichten zijn gewijzigd, wanneer u een volgende verpakking krijgt. Mocht u iets niet geheel duidelijk zijn, raadpleeg dan uw arts, apotheker of drogist. Zij beschikken over meer uitgebreide produktinformatie.

ALGEMENE KENMERKEN

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL VIVIDRIN®.

SAMENSTELLING
VIVIDRIN®, oogdruppels 20 mg/ml, zijn steriel en bevatten per milliliter: dinatriumcromoglicaat 20 mg en als conserveringsmiddel: benzalkoniumchloride 0,10 mg. Overige bestanddelen van dit middel zijn: dinatriumedetaat, polysorbaat 80, sorbitol, natriumhydroxide, en water voor injectie.

FARMACEUTISCHE VORM EN UITERLIJK
Oogdruppels; afgeleverd in een kartonnen doosje, waarin 1 (volume: 10 ml) druppelflesje is verpakt. Het witte flesje (lage-druk-polyethyleen) is voorzien van druppelaar (lage-druk-polyethyleen) met een afsluitdopje (hoge-druk-polyethyleen). De kleurstof in het plastic materiaal is titaandioxide (E171).

GENEESMIDDELENGROEP
Het geneesmiddel behoort tot de groep van de zogenaamde oogpreparaten voor niet-specifieke conjunctivitis.

INSCHRIJVING IN HET REGISTER
VIVIDRIN® is ingeschreven in het register onder: RVG 11166.

NAAM VAN DEGENE DIE VERANTWOORDELIJK IS VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Tramedico B.V., Korte Muiderweg 2A, 1382 LR Weesp.

TOEPASSING VAN HET GENEESMIDDEL
VIVIDRIN® wordt gebruikt om een allergische reactie van de ogen op de aanwezigheid van een stof waarvoor u gevoelig bent gebleken te voorkomen. De gangbare medische term voor deze aandoening is: allergische conjunctivitis. Deze reactie wordt gekenmerkt door rode en gezwollen oogranden, jeuk of een branderig gevoel. VIVIDRIN® blokkeert de reactie van het weefsel op contact met, of aanwezigheid van die stof waarvoor u gevoelig bent.

VOORDAT U HET GENEESMIDDEL GEBRUIKT WANNEER U VIVIDRIN® NIET MAG GEBRUIKEN
VIVIDRIN® oogdruppels mogen niet worden gebruikt als u overgevoelig bent voor dinatriumcromoglicaat, benzalkoniumchloride (het conserveringsmiddel) of één van de overige bestanddelen van dit middel.
Overgevoeligheid voor VIVIDRIN® kan zich uiten in het optreden van jeuk en lokale irritaties. Licht uw arts altijd in over een overgevoeligheid, die u voor bepaalde geneesmiddelen hebt.

GEBRUIK TIJDENS DE ZWANGERSCHAP EN DE BORSTVOEDING
Meldt een eventueel bestaande zwangerschap altijd aan de behandelend arts, opdat deze informatie kan worden betrokken bij het voorschrijven van geneesmiddelen.
Over het gebruik van VIVIDRIN® tijdens de zwangerschap of de borstvoeding bij de mens en in dierproeven bestaan onvoldoende gegevens om een mogelijke schadelijkheid te beoordelen. Bij zwangerschap slechts gebruiken na overleg met uw arts. Ook gebruik tijdens de periode van borstvoeding wordt ontraden.

WISSELWERKINGEN MET ANDERE GENEESMIDDELEN
Licht uw arts altijd in wanneer u andere geneesmiddelen gebruikt. Verschillende geneesmiddelen kunnen namelijk elkaars werking beïnvloeden.
Voor zover bekend zijn er geen interacties van VIVIDRIN® met andere geneesmiddelen.

OVER DE RIJVAARDIGHEID EN HET GEBRUIK VAN MACHINES
Er zijn geen gegevens bekend over het effect van VIVIDRIN® op de rijvaardigheid of de bekwaamheid om machines te gebruiken. Invloed hierop als gevolg van de werking van dit middel is echter niet te verwachten.

SPECIALE WAARSCHUWINGEN
Mocht VIVIDRIN® niet of onvoldoende werkzaam zijn, dan is het noodzakelijk met uw arts te overleggen in hoeverre voortzetting van de behandeling met VIVIDRIN® wenselijk is.
Zachte contactlenzen moeten vóór het indruppelen worden verwijderd en mogen pas na ongeveer 15 minuten weer in het oog worden aangebracht. Harde contactlenzen behoeven niet te worden verwijderd.
Als er andere oogdruppels worden gebruikt is het aan te bevelen om VIVIDRIN® circa 15 minuten later in te druppelen, omdat dan het effect van deze oogdruppel beter tot stand kan komen.

AANWIJZINGEN VOOR HET GEBRUIK DOSERING EN WIJZE VAN GEBRUIK
Hoeveel mag u indruppelen?
Tenzij anders is voorgeschreven is de gebruikelijke dosering - naar behoefte - 1 à 2 druppels in het oog 4 tot 6 maal daags.

Hoe moet u VIVIDRIN® gebruiken?
Leun met het hoofd achterover en kijk naar het plafond;
plaats een vinger op de wang juist onder het te behandelen oog en trek het ooglid voorzichtig omlaag totdat een 'V- vormig zakje ontstaat tussen de oogbol en het onderste ooglid;
door een lichte druk op de druppelflacon laat men een tot twee druppels in dit zakje vallen.
"insert pictogram"
Om besmetting te voorkomen mag de punt van de druppelflacon niet in aanraking komen met het oog en de oogleden.
Na indruppelen moet de druppelflacon goed worden afgesloten.

HOE VAAK IN TE GEBRUIKEN?
Verdeel het innemen van de diverse doses zo gelijkmatig mogelijk over de dag.

DUUR VAN DE BEHANDELING
Niet langer dan 14 dagen gebruiken zonder een arts te raadplegen.

WAT TE DOEN ALS MEER IS INGENOMEN DAN IS VOORGESCHREVEN?
Overdosering met dit middel is niet bekend, zodat u geen problemen kunt verwachten, wanneer u per ongeluk meer (dan voorgeschreven) indruppelt (zie "Dosering en wijze van gebruik").

WAT TE DOEN ALS EEN DOSIS VERGETEN IS?
Als u vergeten bent het oog in te druppelen, mag kunt dit naar behoefte alsnog doen.

WAT GEBEURT ER ALS ER PLOTSELING GESTOPT WORDT MET HET INNEMEN VAN HET GENEESMIDDEL?
Behoudens op voorschrift van de arts, kunt u zonder bezwaar stoppen met het indruppelen van het geneesmiddel.

BIJWERKINGEN EN EVENTUELE PROBLEMEN DIE KUNNEN OPTREDEN
Wanneer u de oogdruppels te veel gebruikt kan het conserveringsmiddel schadelijk zijn voor het oog. Na het gebruik van VIVIDRIN®, oogdruppels kan tijdelijk een licht gevoel van prikkeling in het oog optreden, dat daarna echter vanzelf verdwijnt. Dit is geen reden om de behandeling te staken. Informatie over eventuele overgevoeligheidsreacties voor de bestanddelen van VIVIDRIN® is te vinden bij: "Voordat u het geneesmiddel gebruikt".
Als deze reacties bij u voorkomen en niet hinderlijk zijn, kunt u de behandeling gewoon voort te zetten. Anders is overleg met uw arts gewenst.
Laat uw arts dan beoordelen in hoeverre voortzetting van uw behandeling op deze wijze verantwoord is.
Als er bijwerkingen optreden die niet in deze bijsluiter staan vermeld of als de in de bijsluiter vermelde bijwerkingen ernstig zijn dient een arts of apotheker te worden gewaarschuwd.

HOE MOET VIVIDRIN® WORDEN BEWAARD?
Droog en bij kamertemperatuur (15 - 25° C) in de originele, goed gesloten verpakking bewaren. Op deze wijze bewaard, is dit geneesmiddel houdbaar tot en met de op de buitenverpakking vermelde houdbaarheidsdatum achter: "Houdbaar tot:" of achter: "Exp.:" op het etiket van de druppelflacon. Niet gebruiken na deze datum: het is niet zeker, dat VIVIDRIN® dan de verwachte werking heeft. Vervanging door een meer recent gefabriceerde verpakking is dan noodzakelijk. Na opening van de druppelflacon mag u het geneesmiddel niet langer dan 1 maand gebruiken.

HOUDT DIT GENEESMIDDEL EVENALS ALLE GENEESMIDDELEN BUITEN BEREIK VAN KINDEREN.

DATUM REVISIE TEKST Januari 1997.

Let op
Overtuig u voor het gebruik van VIVIDRIN® steeds of u het juiste geneesmiddel neemt. U kunt dit vaststellen aan de hand van de hierboven onder "Samenstelling" vermelde gegevens over dit middel. Draag er zorg voor dat aan anderen bekend is welk(e) geneesmiddel(en) u gebruikt. Neem steeds voldoende geneesmiddelen mee indien u op reis gaat.
Dit geneesmiddel is alleen voor u bestemd. Geef het nooit aan iemand anders, ook al heeft die dezelfde verschijnselen als u. Voor zo iemand zou het schadelijk kunnen zijn. De informatie in deze bijsluiter heeft alleen betrekking op VIVIDRIN®, oogdruppels.