Innesteling (= nidatie) van een bevruchte eicel buiten de baarmoeder in een eileider (meestal), de baarmoederhals, het bekken of de buikholte. Ca. 1 op de 100-200 zwangerschappen zijn buitenbaarmoederlijk.

Mogelijke verschijnselen (o.a.)
- buikkrampen (meestal kort na uitblijven van de menstruatie)
- licht bloedverlies
- afstoting van het buitenbaarmoederlijke baarmoederweefsel
- eileiderbloedingen (na afstoting van de foetus) met drukkend gevoel in de onderbuik, hevige pijn, shock en flauwvallen (als gevolg van het bloedverlies)

Mogelijke oorzaken (o.a.)
- blokkade van de eileider waardoor de bevruchte eicel de baarmoeder niet kan bereiken
- spiraaltje (zeer zelden)

Mogelijke behandelingen (o.a.)
- vroeg stadium (nog geen foetale harttonen): methotrexaat
- latere stadia: vanwege dreigend levensgevaar zo snel mogelijk operatief beƫindigen van de zwangerschap

Terug naar zwangerschap