- De erfelijke of genetische code (= aminozuren-volgorde) voor de eiwit-productie ligt opgeslagen in het DNA in de celkern.
- De genetische code van het DNA wordt in de celkern door middel van transcriptie overgedragen op het boodschapper-RNA (= messenger-RNA = mRNA.
- Het boodschapper-RNA verlaat de celkern en draagt de genetische code voor de aminozurenvolgorde over (zie: translatie) op de ribosomen alwaar de eiwitproductie plaatsvindt.
De cel bevat naast het mRNA ook transfer-RNA (= tRNA) dat de aminozuren, die de cel zijn binnengekomen via de celwand, naar de ribosomen brengt. Eén tRNA-molecuul transporteert steeds één aminozuur-molecuul.
In de ribosomen worden de aminozuren met behulp van de genetische code van het daar aanwezige mRNA ingebouwd in het aangroeiende eiwit-molecuul.

Een gen bevat de code voor de productie van één bepaald eiwit, dat wil zeggen één bepaalde eigenschap.

zie ook:
- RNA
- DNA
- genen
- chromosomen

Terug naar cel