BSE(bloedbezinkingssnelheid, 'bezinking' in mm/uur):
- pasgeborenen (neonaten) .............0-2,2
- kinderen < 10 jaar.........................< 3-13
- vrouwen < 50 jaar ........................< 20
- vrouwen > 50 jaar ........................< 30
- mannen < 50 jaar ........................<15
- mannen > 50 jaar ........................< 20
NB. Bij duidelijk hogere BSE-waarden dan hierboven opgegeven is er vermoedelijk sprake van een afwijking in de bloedsamenstelling.

Hb (hemoglobine-waarde; in millimol per liter bloed):
vrouwen:
- normale Hb-gehalte ...................... 7,3 - 10
- bloedarmoede ............................< 7,3
mannen:
- normale Hb-gehalte ...................... 7,8 - 10,8
- bloedarmoede ............................< 7,8
NB. Als de Hb-waarden lager zijn dan 7,8 mmol/l is (vermoedelijk) sprake van bloedarmoede (= anemie).

Hematocriet (hoeveelheid rode bloedcellen per liter bloed in l/l):
- mannen: 0,45-0,55 l/l
- vrouwen: 0,40-0,50 l/l
NB. Als de hematocriet-waarden te hoog of te laag zijn is er mogelijk sprake van een stoornis in de aanmaak en/of afbraak van rode bloedcellen.

IJzer (micromol ijzer per liter bloedplasma):
- pasgeborenen (= neonaten) ..........17 - 24
- vrouwen ......................................10 - 25
- mannen ...................................... 14 - 28
NB. Als de ijzer-waarden lager zijn is (vermoedelijk) sprake van ijzer-gebrek en als de waarden hoger zijn van ijzer-stapeling.

PSA (prostaat-specifiek-antigeen-waarden in microgram per liter bloedplasma):
- tot 40 jaar ................................. < 2,0
- 40-50 jaar ................................. < 2,5
- 50-60 jaar ................................. < 3,5
- 60-70 jaar ..................................< 4,5
- 70-80 jaar ..................................< 6,5
NB. Als de waarden hoger zijn dan hierboven opgegeven is (vermoedelijk) sprake van prostaat-vergroting.